(Eerste publicatie: 12-11-2012)
Het woord nalitsjniki (nalitsjniki) moest ik opzoeken in het woordenboek, want hoe noem je die dingen in het Nederlands? Raamlijsten. Ik kwam er tientallen, nee: honderden, tegen op de prachtsite nalichniki.com een min of meer toevallig ontstaan project van fotograaf Ivan Chafizov.
In 2006 was Chafizov in de stad Engels en fotografeerde er uit verveling een aantal mooie raamlijsten. Een maand later kwam hij op een fietstocht door de provincie Jarovslavl en het viel hem op dat de raamlijsten daar heel anders waren dan in Engels. Hij begon ze nu systematisch te fotograferen, trok er speciaal voor op uit en het resultaat is een collectie die er wezen mag.
Chafizov heeft inmiddels een verzameling van raamlijsten uit meer dan vijftig steden en dorpen. Hij rubriceert ze niet alleen naar regio. Andere criteria zijn: de aan- of afwezigheid van luiken, het soort houtsnijwerk, leeftijd, het aantal kleuren waarin de lijsten zijn geverfd en de ingewikkeldheid van de uitvoering. In deze laatste categorie onderscheidt hij vijf subcategorieën: van heel simpel tot heel ingewikkeld. Hier links een heel ingewikkelde, uit Tomsk.
De raamlijsten vormen een opvallend onderdeel van het Russische houten huis en je zou verwachten dat daar uitputtende beschrijvingen en classificaties van bestaan. Volgens Chafizov is dat niet het geval. De bestaande studies beperken zich vaak tot slechts enkele regio’s, een volledig overzicht ontbreekt. Chafizov is vast van plan om wel een complete verzameling aan te leggen. Dat is nogal een klus, want Rusland is groot. Pas dan is er volgens hem ook serieus onderzoek mogelijk naar de geschiedenis van de raamlijsten. Er zijn wel theorieën over bijvoorbeeld de heidense achtergrond van gebruikte patronen en symbolen, maar die rammelen volgens Chafizov, omdat er domweg zo veel lijsten nog onbekend of onbeschreven zijn.
Hier ziet u Ivan op een van zijn verzameltochten, in de provincie Ivanovo (vanaf 01.55):
Vergane Sovjet-glorie: het Moskouse Rivierstation en het Dinamo stadion - deel 2
(Eerste publicatie: 4-10-2012)
Na mijn bezoekje aan het Moskouse Rivierstation, een mooi, maar afbrokkelend voorbeeld van vroege Sovjet-bouwkunst, ging ik op weg naar het Dinamo stadion. Ik wilde het standbeeld van doelman Lev Jasjin zien, maar ook het stadion zelf, of wat daar nog van over was. Voltooid in 1928 zag het er lange tijd zo uit:
En zo staat het er nu bij:
Het zijn niet de Potemkin-trappen, maar toch: dit plein met die treden geniet in Rusland – in elk geval onder sportliefhebbers – een bijzondere status. Vergelijk het maar met het plein voor de Rotterdamse Kuip, als je bent aangekomen met de trein. Boven de pilaren staan de letters Dinamo, met onkruid ertussen. Eronder hangt heel bescheiden het doek van de VTB-bank, voor driekwart eigenaar van de club. Het lijkt op de foto alsof het stadion, met zijn karakteristieke façade, verbouwd wordt, maar dat is schijn. Ik liep naar de andere kant van het stadion en zag dit:
Er wordt gewerkt aan een project van architect Erick van Egeraat. Als het goed is, blijft de façade behouden, inclusief de letters ДИНАМО. Gezien de nietsontziende werkwijze bij andere bouwwerken in Rusland, kunt u op het behoud van die originele stijlkenmerken toch maar beter geen geld zetten.
Ik liep nog wat verder en stuitte op een grote hal, waar net een selectiedag voor jonge voetballertjes gaande was. De knulletjes mochten zich verheugen in de warme belangstelling van hun ouders.
Dit is de ingang van de hal, met linksboven club-icoon Jasjin:
Het oogde allemaal wat vaal en verlopen. Bij het kantoortje van de supportersclub was dat niet anders:
In hetzelfde gebouw zat ook een Dinamo-winkeltje met bij de ingang een niet helemaal gelukte Jasjin.
Een eindje verder, in het park naast het stadion, trof ik die gelukkig ook nog aan in een veel betere versie. Het is een wat eigenaardig beeld, de legendarische doelman die hoger duikt dan een driehoekig doel. Maar die duik zelf, en de pet natuurlijk, zijn prachtig.
Ik liep naar de metro en dacht aan die andere doelman, Jan van Beveren, mijn held van ooit. De bewegende beelden die ik van beiden ken, spreken in het voordeel van Jan. Hij was beter, maar een standbeeld van hem zal er wel niet komen.
In het metrostation Dinamo trof ik nog een aantal originele stijlkenmerken: sporters aan de muur, waaronder deze voetballer. Die lopen geen gevaar, lijkt me, in tegenstelling tot de medaillons op het Rivierstation van eerder die dag en de façade van het Dinamo stadion.
Hier deel 1.
Vergane Sovjet-glorie: het Moskouse Rivierstation en het Dinamo stadion – deel 1
(Eerste publicatie: 2-10-2012)
Ik was zeven jaar, ik was Lev Jasjin en ik zweefde door de lucht. Die herinnering barstte naar boven toen ik bij Jasjins standbeeld stond, naast het Dinamo stadion in Moskou. Het was een dag vol vergane glorie uit de Sovjetunie, die ik was begonnen bij het Retsjnoi Vokzal, het Rivierstation. (Dat is de letterlijke vertaling, correcter zou iets zijn met Passagiersterminal, maar dat vind ik lelijk.)
Ik mag graag op zoek gaan naar ideologische sporen van de USSR, vooral uit de jaren 1935-1955 – op schilderijen, in architectuur: pompeus en naïef, machtig en plat. Het Retsjnoj Vokzal, voltooid in 1937 als onderdeel van het Moskou kanaal, is er een voorbeeld van en het stond al jaren op mijn lijstje. Van metrostation Retsjnoj Vokzal liep ik naar het water en ik schrok van wat ik aantrof. Als er niet snel wat gebeurt, staat het Rivierstation, ooit een van de trotse bouwwerken van de jonge Sovjetunie, niet lang meer overeind.
Je kan het geen bouwval noemen, maar in slechte staat verkeert het zeker. Er zijn restauratieplannen, maar van enige werkzaamheden geen spoor. Een hek houdt je buiten. Het verhindert dat je een nadere blik kan werpen op de prachtige medaillons die het gebouw midden aan de lange zijden sieren. Ze zijn gemaakt door Natalja Danko-Aleksejenko en tonen het officiële optimisme uit de jaren dertig. Op één ervan is het Paleis der Sovjets te zien, dat nooit werd voltooid.
In alle beschrijvingen van het Retsjnoj Vokzal (voluit: Severnyi Retsjnoj Vokzal, Noordelijk Rivierstation) staat dat het gebouw de vorm heeft van een passagiersboot. Dat soort toevoegingen wekt mijn achterdocht, sinds ik keihard afrekende met de mythe dat er in Sint-Petersburg een school staat in de vorm van een hamer en sikkel. Maar kijk eens naar deze foto …
… Ik denk dat de architecten (Aleksej Michajlovitsj en Vladimir Krinski) inderdaad het idee hadden om een boot van steen aan te leggen.
Nog een boeiend detail: de ster boven in de toren prijkte in de jaren 1935-1937 op de Spasski toren van het Kremlin. In de torenspits zit een mechanisme, waarmee de ster omhoog en omlaag kan worden gehaald. Aanvankelijk was het de bedoeling dat dit twee keer per jaar zou gebeuren, bij de opening en sluiting (vanwege het ijs) van het vaarseizoen, maar het mechanisme is uiteindelijk slechts enkele keren gebruikt. Ik zou het nu maar met rust laten, ik vrees dat de toren gehannes met de ster (1,3 ton) niet overleeft.
Je kan je niet voorstellen dat men het gebouw verder laat verkrotten – zeker niet in een tijd waarin er zo’n heimwee heerst naar de grandeur van de Sovjetunie. Ik zou voor het Rivierstation eigenlijk een actiegroep moeten oprichten, maar dat moeten de Moskovieten toch echt zelf doen.
Ik wandelde terug naar metrostation Retsjnoj Vokzal en ging op weg naar het Dinamo stadion. Wat was daar nog van over?
Blogger Zyalt (Ilja Varlamov) wil burgemeester worden van Omsk. "Jongeren moeten niet dromen van Moskou".
(Eerste publicatie: 2-5-2012)
Blogger Zyalt gaat naar Omsk. Hij wil daar in Siberië burgemeester worden. De Moskoviet, fotograaf, architect en een van de populairste bloggers van Rusland, heeft de voorverkiezingen onder de lokale stadsactivisten al gewonnen. Nu moet hij voor 10 mei nog 10.000 lokale handtekeningen verzamelen en dan kan hij meedoen aan de echte verkiezingen.
Zelf was Zyalt (in het dagelijks leven: Ilja Varlamov) niet op het idee gekomen, maar toen hij eenmaal was gevraagd voor de voorverkiezingen, was hij al snel enthousiast. Een politicus is hij niet, hij is vooral begaan met het lot van de Russische steden. “Ik heb de hele wereld rondgereisd en heb gezien hoe steden eruit kunnen zien. Ik heb gezien hoe de mensen daar wonen en ik zie hoe ze hier wonen. Ik heb het over alle steden, ook Moskou.”
Varlamov publiceert als blogger Zyalt regelmatig mooie fotoverslagen van zijn reizen (hij was onder meer in Amersfoort en Utrecht). Wat hij in het buitenland zag inspireerde hem tot een 10-stappenplan, eigenlijk bedoeld voor Moskou, maar volgens hem ook prima toepasbaar op provinciesteden als Omsk (1.1 miljoen inwoners, 2236 km van Moskou). “Ik ben geen politicus, ik ben een maatschappelijk activist. Ik wil steden veranderen. Ik wil dat jongeren er niet van dromen om naar Moskou of Sint-Petersburg te vertrekken. Ik vind het verschrikkelijk dat de mensen in Omsk in een stad moeten leven die niets dan treurigheid en neerslachtigheid oproept.”
Er valt in Omsk inderdaad wel het een en ander te doen.
De tien stappen van Varlamov zijn vrij basaal: een net van sneltrams, fietspaden, plassen en modder weg (“je moet elk jaargetijde een witte broek aan kunnen”), aangenaam straatmeubilair, binnenplaatsen waar je kan spelen.
“Ik wil dat er een roep om veranderingen komt. Dat de mensen niet langer over vieze straten willen lopen en in roestige metalen bakken willen rijden, die ze trams noemen. Het is voor mij erg belangrijk om in de hoofden van de inwoners van Omsk een graantje twijfel te zaaien. Zodat ze op het idee komen dat hun stad een heel andere kan worden. Als er een plas ligt, denken de mensen: het is voorjaar, en niet: de weg is kapot. Die blik op de wereld wil ik dolgraag veranderen. Al maak ik maar een begin. De omgeving waarin wij leven, werkt erg op ons in. Mensen worden onvriendelijk, in zichzelf gekeerd, omdat de steden waarin ze gedwongen zijn te wonen, depressief zijn. Burgers worden passief, ze geloven niet dat veranderingen mogelijk zijn. Ik wil dat moeras heel graag in beweging krijgen.”
Wordt hopelijk vervolgd.
Update: wordt helaas niet vervolgd. Varlamov heeft zich teruggetrokken, omdat duidelijk is dat hij het noodzakelijke aantal handtekeningen niet gaat halen.
Architectuur uit socialistisch Utopia – het Moskou dat er had kunnen zijn
(Eerste publicatie: 2-12-2011)
Wie een idee wil krijgen van wat een socialistisch Utopia al niet vermag in de architectuur, moet later deze maand beslist een kijkje gaan nemen in het Moskouse Architectuurmuseum. Daar opent de 21ste een tentoonstelling over Boris Iofan (1891-1976), een van de belangrijkste architecten uit de Sovjetunie. Hij ontwierp onder meer het beroemde/beruchte Huis aan de Kade en het Sovjet-paviljoen voor de Wereldtentoonstelling in Parijs van 1937. Bekender werd hij echter door een project dat nooit werd voltooid: het Paleis van de Sovjets:
Op de site van het Architectuurmuseum kwam ik een mooi overzichtje tegen van bouwprojecten uit de jaren dertig-vijftig van de vorige eeuw. Zij moesten het centrum van Moskou het aangezicht geven dat paste bij de hoofdstad van de socialistische heilstaat. Met die ambitieuze staat als opdrachtgever waren de kosten – dat is duidelijk aan de ontwerpen te zien – geen probleem. Desondanks kwamen de meeste bouwwerken uit het overzicht niet verder dan de tekentafel.
De zware industrie had in de USSR in de jaren dertig absolute prioriteit. Dat is mooi af te zien aan de geplande locatie van het nieuwe Ministerie van Zware Industrie: aan het Rode Plein, pal tegenover het Kremlin, op de plek van het warenhuis GUM. Het moest een complex van 110.000 m3 worden op 4 hectare. Dit is een van de onderwerpen (architecten A. Vesnin, V. Vesnin, S. Ljasjtsjenko) die meedongen naar de opdracht:
Een ander opvallend project (álle projecten in het overzichtje zijn opvallend) is dit bouwwerk:
Het is een van de inzendingen voor een monument voor de “Heroïsche Verdedigers van Moskou”. Al in oktober 1942 werd daar een competitie voor uitgeschreven. L. Pavlov, de ontwerper van bovenstaand bouwwerk, vond het Rode Plein wel een geschikte locatie. In de verte is, een beetje optimistisch, het Paleis van de Sovjets al ingetekend.
Ook niet gebouwd, het Paleis van de Techniek (A. Samojlov, B. Jefimovitsj), dat onderdak moest geven aan meerdere technische en wetenschappelijke instellingen:
Wél gebouwd, hotel Moskou, zo ongeveer naast het Rode Plein:
Er had nog een Iljitsj Allee naast moeten komen, die zou leiden naar, alweer, het Paleis van de Sovjets. Die allee kwam niet verder dan het begin, waarvan het huidige Manegeplein het overblijfsel is.
En dan het Paleis van de Sovjets, misschien wel het beroemdste gebouw ter wereld dat nooit is gebouwd (wie andere kandidaten voor deze titel weet, ik hoor het graag):
Het moest het grootste gebouw van de wereld worden, op de plek van de opgeblazen Christus-Verlosserkerk, 415 meter hoog, met een immens groot beeld van Lenin bovenop. In 1939 waren de fundamenten gereed, maar de oorlog gooide roet in het eten. De bouw werd nooit hervat en in de bouwput kwam een openluchtzwembad. Dat moest uiteindelijk weer plaatsmaken voor de herbouw van de vernielde kerk.
Emmer met Moeren: tram- en trolleybustaal van Sint-Petersburg
(Eerste publicatie: 20-6-2011)
Altijd al een ereronde willen maken? In Sint-Petersburg kan het, en het is niet duur. U gaat naar het noorden van de stad en neemt daar tram 22. Als u op het juiste moment overstapt op tram 17, maakt u in korte tijd een rondje over de Prospekt van Cultuur, de Prospekt van Onderricht, de Prospekt Friedrich Engels en de Prospekt Loenatsjarski. In omgekeerde richting kan ook. Vanwege de eerbiedwaardige straatnamen (Loenatsjarski was Volkscommissaris van Onderwijs), wordt deze tramroute in de volksmond ook wel de Ereronde genoemd.
Na de Ereronde kunt op de Prospekt Loenatsjarski tram 57 nemen. U rijdt dan op de Vuilnisexpress. Die dankt zijn naam aan het eindpunt op de Loenatsjarski Prospekt, dat, in schril contrast met de Ereronde, de Vuilnisbelt wordt genoemd.
Een uitgebreide lijst met tram- en trolleybustaal in Sint-Petersburg vindt u hier. Natuurlijk zijn er koosnaampjes voor diverse tramtypes, zoals het Amerikaantje, de Sprinkhaan en de Blend-a-med. Dan heb je nog de Spring-in-‘t-veld (Попрыгунчик, een wagon die om de haverklap uit de rails loopt), de Kopeke (de trams van lijn 1) en de Emmer met Moeren (Ведро с гайками, een wagon van het type LM-99, die erg veel lawaai maakt).
Nog eentje dan: het werkwoord кольцеваться. Dat doet een tram die op het eindpunt een draai maakt. Ook aardig: Попрошайка (Bedelares, oftewel: de conductrice). En dan natuurlijk ook: Попрошайкина печка: het kacheltje bij de stoel van de conductrice. En met zo veel taalkundig vermaak ben je voor je het weet bij de Finish, oftewel: bij het Finlandstation.
Overigens maken tram en trolley in Sint-Petersburg moeilijke tijden door. De lokale overheid, die de stad zo graag wil opstoten in de vaart der volkeren, vindt het maar lastig, al dat elektrisch aangestuurd spul. Vooral het aantal wagons en tramlijnen neemt af. Liefhebbers van de tram en beschermers van de oude stad strijden voor het behoud van de remise op het Vasili Eiland.
Die functioneert al enkele jaren niet meer als remise, maar herbergt nog wel een trammuseum. Drie van de zes hangars hebben de status van regionaal monument. Er is een aanvraag ingediend om het gehele complex de status van federaal monument te verschaffen. Het is de vraag of die status er komt en of dat dan nog op tijd is om de remise te redden. De slopers lopen zich warm, er moet een tv- en filmcentrum komen met een hotel, een businesscentrum en ander winstgevend goed. Ik ben er vaak langsgelopen, langs de remise. Volgende keer moet ik ook maar eens naar binnengaan. Zo lang het nog kan. Voor je het weet heb je dit voor je neus:
Over de strijd voor het behoud van de remise leest u hier meer (Engels).
Stuur een kaartje naar Stockmann in Finland: tegen de verminking van Sint-Petersburg
(Eerste publicatie: 28-12-2010)
Kerstkaarten verstuur ik al jaren niet meer. Zelf krijg ik er – geheel terecht - ook steeds minder. (De teller staat dit jaar op vier, inclusief eentje gericht aan Rosanne Hartman. Geen idee wie dat is).
Maar dit jaar gaat er een kerstkaat de deur uit! Naar Finland. Gericht aan toimitusjohtaja Hannu Penttillä. Dat is de hoogste baas van het bedrijf Stockmann, dat een stevige bijdrage heeft geleverd aan de verminking van Sint-Petersburg. Om plaats te maken voor een Stockmann-winkelcentrum is het historische pand aan de Nevski Prospekt 144 gesloopt. Bovendien kwam er een glazen bovenverdieping die pijn aan de ogen doet:
De precieze geschiedenis van deze architectonische misdaad, die zich uitstrekt over 15 jaar, ligt verborgen onder een dikke deken van bureaucratische mist. Stockmann beweert dat de vereiste vergunningen zijn afgegeven. Dat kan best, schrijft de lokale pers, maar die vergunningen hadden nooit afgegeven mogen worden, omdat het project tal van regels schendt op het gebied van monumentenbeheer, bouwhoogte en bescherming van het stadsgezicht.
Boze burgers zijn een actie begonnen: boycot het winkelcomplex en stuur een kaart naar Stockmann. (U ziet de kaart bovenaan dit stukje.) Feliciteer ze met het nieuwe jaar en vraag ze om op z’n minst – het hele gebouw slopen gaat niet gebeuren - de glazen bovenbouw te verwijderen.
Doe mee! De kerstkaart voor Stockmann vindt je hier. [Linkje functioneert niet meer.]. Stuur de kaart naar: hannu.penttila@stockmann.com. Zet wel iets in het vakje ‘onderwerp’, anders wordt je boodschap mogelijk afgeserveerd als spam. En als tekst iets in de trant van: Happy New Year! My wish: that your wonderful building on Nevski 144 will be decapitated. Zoiets. Maak er iets moois van!
Wie zich wil verdiepen in de geschiedenis van de bouw: twee uitgebreide Russische artikelen hier en hier. Taaie materie.
Constructivisme in de USSR: hoeveel gebouwen zijn er in de vorm van een hamer en sikkel?
(Eerste publicatie: 2-11-2010)
The Guardian publiceerde onlangs een artikel over bedreigde architectuur in Samara. Het ging vooral over de houten huizen van de stad, maar ook een aantal bouwwerken uit het Sovjet-constructivisme zijn dringend aan restauratie toe. Zo ook de fabriekskantine van architect Jekaterina Maksimova, gebouwd in de vorm van hét Sovjet-symbool, de hamer en sikkel.
Ik zag de foto en vroeg me meteen af: hoeveel gebouwen in de vorm van een hamer en sikkel telt de voormalige USSR? Ik ging op zoek, rekende onderweg af met een stadsmythe uit Sint-Petersburg en kwam uiteindelijk terecht bij - ik kan het ook niet helpen – mijn geliefde FC Zenit.
Ooit schreef ik een klein stukje voor de gids In Your Pocket over de Petersburgse wijk tussen de metrostations Narvskaja en Avtovo. Daar konden architecten in de jaren twintig en dertig hun constructivistische ideeën verwezenlijken. Heel wijs schreef ik: The school in the shape of a hammer and a sickle (Ploshad Stachek 5) deserves to be on anyone’s preservation list…
Ik zette de school uiteraard op mijn lijst van Sovjet-gebouwen in de vorm van een hamer en sikkel, die nu meteen al – nog zonder enig zoekwerk – twee gebouwen telde! Maar helaas, al snel moest ik de school weer schrappen. Een beetje als een schilderij dat toch geen echte Rembrandt blijkt te zijn. Dit is het gebouw, uit 1927, van architect Aleksandr Nikolski (1884-1953):
Menig gids (In Your Pocket, bijvoorbeeld) meldt onchalent, als vaststaand feit, dat de school gebouwd is in de vorm van een hamer en een sikkel… Maar ik keek eens aandachtig naar bovenstaande plattegrond en dacht hetzelfde als u: hamer en sikkel? Nergens vond ik de bevestiging dat architect Nikolski bij zijn ontwerp dat Sovjet-symbool voor ogen had gehad. Serieuze architectuur-sites zeggen hooguit dat zijn schoolgebouw doet denken aan een hamer en sikkel… Waarmee deze aardige stadsmythe mij wel ontzenuwd lijkt.
Een ander gebouw in de vorm van een hamer en sikkel heb ik nog niet gevonden, mijn mooie lijst telt vooralsnog alleen die bedrijfskantine in Samara. Wel kwam ik nog wat aardigs tegen over architect Nikolski. Hij specialiseerde zich gaandeweg in sportcomplexen. En laat hij nou één van de ontwerpers zijn van het stadion waar FC Zenit (toen nog Stalinets geheten) zijn eerste wedstrijden speelde! Van het stadion, met de prachtige naam Rode Sportieve Internationale, rest helaas nog slechts één bouwvallige tribune.
Nikolski was ook één van de ontwerpers van het grote Kirov-stadion uit 1950, waar Dick Advocaat zijn eerste thuisduel als trainer van Zenit meemaakte. Advocaat is niet meer de trainer van Zenit en het Kirov-stadion is gesloopt. Het moest wijken voor de nog in aanbouw zijnde nieuwe thuishaven van de club. Hieronder een model van het oude stadion:
Haalt architect Van Egeraat wel de eindstreep in Sint-Petersburg?
(Eerste publicatie: 2-9-2010)
Wordt Erick van Egeraat de eerste buitenlandse architect sinds tientallen jaren die in het centrum van Sint-Petersburg met een nieuw gebouw de eindstreep haalt? Het zou kunnen. Zijn ontwerp voor een appartementencomplex aan de Mojka 102 is goedgekeurd door de Stadsbouwraad. Het moet er zo uit gaan zien:
De locatie mag er wezen: tussen het Mariinski theater en het eilandje Novaja Gollandija. Ooit stond hier de Litovski burcht, die dienst deed als kazerne en gevangenis. Die ging in 1917 tegen de vlakte. In de jaren zestig werd het gat opgevuld met een Sovjet-puist waar een kleuterschool in kwam.
De huidige eigenaar is Graffiti Hostel, een budgethotel met 156 bedden (2-, 4-, 8- en 12-persoonskamers). Dat heeft met een Mondriaan motiefje geprobeerd om nog iets van het gebouw te maken en het moet gezegd: in het najaarszonnetje oogt het niet onvriendelijk:
Ik vraag het meisje achter de balie of ze weet dat haar werkplek gesloopt gaat worden. “Ik heb zoiets gehoord, maar volgens mij is het nog niet definitief”. Vindt ze het gebouw mooi? “Je raakt eraan gewend. Ontslag? Graffiti is een grote organisatie, ik kan wel ergens anders terecht.”
Het zit buitenlandse architecten in Sint-Petersburg niet mee. Als hun project al wordt uitverkoren, haken investeerders af, veranderen opdrachtgevers van mening, is het opeens crisis of steekt een storm van protest op tegen hun gebouw. Zelfs het nieuwe stadion van FC Zenit (architect: Kisho Kurokawa), op een vrij neutrale locatie, dreigt verstrikt te raken in nieuwe eisen over het aantal zitplaatsen en de veiligheid. Enige twijfel over de appartementen van Van Egeraat is dan ook op z’n plaats. Zelf noemt hij op zijn site 2011 als jaar van voltooiing, in de Russische pers wordt 2013 genoemd – dan denk je toch: daar begint het gedonder al.
Zonder tegenstanders is het gebouw niet. Te onrustig, te luchtig, te wit (witte gebouwen zijn er in het centrum niet), niet in harmonie met de omgeving… Van Egeraat stelt dat zijn ontwerp door een “taktisch spel” juist wel harmonieert met de omgeving. “Het wordt een familielid van de bestaande bebouwing, misschien een beetje afwijkend, het trekt inderdaad de aandacht”. Een tegenstander formuleert dat iets anders: “Het nieuwe gebouw is te actief, het trekt de deken naar zich toe”.
Als het gebouw er komt, wordt het uitzicht in elk geval prachtig. Op de bovenste verdieping komen twee luxe penthouses, “visueel verbonden” (Van Egeraat) met de Izaak kathedraal: