Japanse krijgsgevangenen in de USSR - de tekeningen van Kiuchi Nobuo. Deel 1.

(Eerste publicatie; 12-7-2013)

Japanse krijgegevangenen Kiuchi Nobuo
Kiuchi Nobuo tekeningen Tweede Wereldoorlog Japan

Op 16 augustus 1945 legt het Japanse Kwantung-leger in Mantsjoerije de wapens neer. Zo’n 600.000 Japanse soldaten raken krijgsgevangen en worden naar de Sovjetunie getransporteerd. Pas in 1956 keren de laatsten van hen weer terug naar hun vaderland.

Een van de soldaten is Kiuchi Nobuo. Terwijl de meeste Japanners in kampen in Siberië belanden, is voor Nobuo de Oekraïne het eindstation. Hij overleeft zijn gevangenschap en deed er in de vorm van tekeningen verslag van.

Zij zoon beheert een website waarop de tekeningen te zien zijn. Helaas zijn de feitelijke gegevens op de site schaars en is de kaart met de lange weg die Nobuo heeft afgelegd in het Japans. Bij een van de tekeningen staat vermeld: “Aan het eind van 1947 werden we van het kamp in Slavjansk [de stad ten noorden van Donetsk, neem ik aan - EH] overgebracht naar een kamp met Hongaren”. Concreter wordt het nergens en hoeveel jaar hij in de USSR heeft vastgezeten en waar verder precies – ik heb het niet kunnen vinden. Het maakt de tekeningen niet minder boeiend.

Japanse krijgsgevangen Tweede Wereldoorlog Sovjetunie

"Davai, davai!"(Move, move!) - 40 men were hustled into 18-ton freight car and the doors were shut tight from outside. Every other car was secured by machinegunners. 50-car train departed west.

Japanse krijgsgevangenen tekeningen Kiuchi Nobuo kampen dwangarbeid

From North Korean port of Heungnam we went to small soviet port of Posyet. After that we had some forced march along longest 20 km fields. It was pretty hard for some of us and mud was all over them.

De tekeningen schetsen een beeld dat overeenkomt met de verhalen die ik elders over de Japanse krijgsgevangenen en hun woon- en werkomstandigheden tegenkwam. Honger en andere ontberingen genoeg, maar ook contacten met de lokale bevolking (de arbeid werd vaak buiten de kampen verricht) die het verblijf in dat verre land draaglijker maakten.

Japan capitulatie tekeningen kampen tekeningen

"Here, "japanese", have a potato."
Girls are very kind in every country. They say that Ukraine has very fertile grounds that's why they plant so many potatoes.

Kiuchi Nobuo Oekraïne tekeningen Japanner

Every country has so called executives. There was an eccentric old man among german soldiers who distributed duties among Japanese soldiers.

Japanse soldaten krijgsgevangen Rusland lokale bevolking dwangarbeid

Men and women took part in rebuilding the city after the end of WWII. Valiant women were handling even the most dangerous jobs. It was hard to imagine something like this in Japan those days. Some of russian women were even attracted to japanese soldiers. Those were beautiful moments.

Op het Japanse kaartje van Kiuchi Nobuo kan ik niet zien of hij ook in Jelaboega heeft gezeten. Dat kamp wordt veel genoemd in verhalen over de Japanse gevangenen in de USSR. Er zaten ook Duitsers. Het is het kamp waar Kurt Reuber overleed, de maker van de Madonna van Stalingrad (zie mijn verhaal over hem hier.) 

En er is nog een naam die meteen bij me opkwam: Efronsinija Kersnovskaja. Zij bracht twaalf jaar door in de Goelag en legde haar ervaringen ook in tekeningen vast. Over haar schreef ik hier. Dit is een tekening van haar:

Kersnovskaja tekeningen Goelag kampen

Wordt vervolgd

Voor docent en leerling Russisch: aanstekelijk en zeer aanschouwelijk lesmateriaal.

(Eerste publicatie: 7-7-2013)

Leningrad Sjnoerov Shnurov

Docenten en cursisten Russisch! Wat is het alweer lang geleden dat wij elkaar troffen. Meer dan een half jaar, toen met boeiend lesmateriaal over de fraaie compactheid van het Russisch. Dat was naar aanleiding van irritante filevorming op de Moskouse binnenplaatsen, weet u nog? [Helaas, dit linkje doet het niet meer]

Nu gaan we een liedje zingen. Ik had vroeger een leraar Frans, de heer Steehouwer, die gebruikte chansons om ons nieuwe woordjes bij te brengen en liefde voor de Franse cultuur. Paris s’éveille van Jacques Dutronc – ik zie het klaslokaal weer voor me. Maar zet u les chansons Françaises nu even uit uw hoofd. Daar gaan we:

Dit kleurrijke ensemble heet Leningrad, de zanger is Sergej Sjnoerov  - niet van onbesproken gedrag. De zangeres heet Alisa Boermistrova. Die zit pas sinds kort bij de band, of zij van onbesproken gedrag is, weet ik niet.

Deze les is bedoeld voor beginners. Het lied heet Ryba (Vis) – en heel veel ingewikkelder wordt het niet. Simpel dus, maar uiterst effectief. Wie na één keer luisteren het woord ryba nog niet in zijn hoofd heeft zitten, kan de klas maar beter verlaten. Aardig is natuurlijk ook, dat dit lied een zekere nieuwsgierigheid opwekt. Wie wil er na dit filmpje nu niet naar Rusland! Dat was bij Jacques Dutronc duidelijk minder. (Waarbij ter verdediging van meneer Steehouwer dient te worden opgemerkt dat hij natuurlijk ook niet van die leuke clipjes kon laten zien).

РЫБА

Ловил я много разных рыбок,
Я знаю клёвые места.
Где море девичьих улыбок,
Поймать чего-то как с куста.

Но только ты, рыба моей мечты!
Только ты рыба моей мечты!

Когда клюёт, тогда полсотни
Могу я за ночь натаскать.
От Ленинградки и до Капотни
Гуляют стаи всяких Тань и Кать.

Но только ты, рыба моей мечты!
Только ты рыба моей мечты!

Ловил я много, ловил я часто,
Пираний тоже я ловил.
А как-то раз с огромной пастью
Попался прямо крокодил.

Но только ты, рыба моей мечты!
Только ты рыба моей мечты!

Het dorpsleven achter het Russische front, 1942/43. “Weite – Licht – Ruhe.” De foto’s van Asmus Remmer

(Eerste publicatie: 4-7-2013)

dorp Tweede Wereldoorlog Wehrmacht fotograaf Asmus Remmer

“Weite – Licht - Ruhe, das ist der Dreiklang, in dem alles mich herum zusammenklingt.” En: “Ich entdecke ein anderes Russland: Frühlingswolken, frisch, wie aus dem Ei gepellt am Himmel.” Het zijn niet meteen beelden die je in verband brengt met het Oostfront, 1942/1943. Toch werden ze daar opgetekend.

Ik trof de woorden aan in Abseits der Rollbahn. Russische Impressionen 1942/1943 van Asmus Remmer en Peter Brunkert. Het is een bescheiden boekje van twee dorpsgenoten uit Angeln, die als infanteristen in Rusland belandden. De tekst, gebaseerd op dagboeknotities en brieven, is boeiend, maar het zijn vooral de foto’s van Remmer die het boek uittillen boven ‘gewone’ oorlogsmemoires.

winter Wehrmacht Rusland Sovjetunie Asmus remmert Peter Brunkert Abseits de Rollbahn
Asmus Remmer

Asmus Remmer


Remmer was voor de oorlog al werkzaam als fotograaf. Op zijn fiets trok hij eropuit om de omgeving van zijn dorp vast te leggen. Als fietsend ordonnans (Radmelder) ging hij daar in Rusland, in de provincie  Kaloega, met twee camera’s bij zich, mee door.

Remmer (1909-2003) belandt ook aan het ‘echte’ front. Daar is hij vooral bezig met overleven en fotografeert hij niet. Na een Heimatsurlaub van enkele weken (hij is aanwezig bij een viering van Hitlers verjaardag), moet hij weer terug naar Rusland. Het is duidelijk dat de soldaat van het Duitse platteland verwachtschap voelt met zijn omgeving daar. “Ich habe meine Kamera längst wieder in der Hand, rieche das Land, atme tief durch, bin dankbar für diese Zeit.” Het is inmiddels zomer. ’s Avonds gebeurt het dat aan de ene kant van het dorp gezang opklinkt van nieuw aangekomen soldaten (de ervaren soldaten zingen al niet meer) en aan de andere kant van het dorp gezang klinkt van Russische vrouwen.     

Peter Brunkert Rusland Tweede Wereldoorlog
Russische vluchtelingen dorp Wehrmacht Asmus Remmert

Op de foto’s zijn geen Russische jongemannen te zien. Ook op een directere manier wordt heel duidelijk dat het Oostfront geen kuuroord was. De gevechten komen aan bod en er wordt een brief afgedrukt van een gesneuvelde soldaat aan zijn vader – vol verschrikkingen. Remmer krijgt de opdracht om Duitse graven te fotograferen. De foto’s zijn bestemd voor de nabestaanden. Op zijn fiets trekt hij eropuit. Bij een Duits kerkhof hoort hij gezang uit een half vernietigde kerk komen. De vrouwenstemmen zijn “voll Treuer und Schwermut”. Op een groot berkenkruis staat geschreven: “Es gibt nur eine Sünde – Vergessen”.  

En dank je, wrang genoeg,  natuurlijk meteen aan de dichtregel van Olga Berggoltz op het monument van de Pisjkarov-begraafplaats in Sint-Petersburg, met zijn massagraven uit de oorlog: Никто не забыт и ничто не забыто -  Niemand is vergeten en niets is vergeten. 

(Asmus Remmer werd uiteindelijk in mei 1945 in Frankrijk krijgsgevangen genomen door de Amerikanen. Na terugkeer in Duitsland vatte hij zijn beroep als fotograaf weer op. Er moeten zo’n tweehonderd Russische foto’s van hem zijn. In het hier genoemde boek staan er 38 afgedrukt - die zijn ook her en der te vinden op internet. Het lot van de overige foto’s is mij niet bekend.)

25 jaar na het EK: het gaat goed met Rinat Dasajev!

(Eerste publicatie: 1-7-2013)

voetbal Europees kampioenschap Rinat Dasajev
keeper doelman Dasajev Sovjetunie EK 1988

Het gaat goed met Rinat Dasajev, al zou ik nog niet durven wedden dat hij Keith Richards gaat overleven.

Vorig jaar zond Andere Tijden Sport het verhaal uit van de Sovjet-spelers over de finale van het Europees Kampioenschap van 1988. Hoe hadden zíj het EK en die (verloren) wedstrijd tegen het Nederlands elftal beleefd? En hoe was het hun sinds die dag in juni, 25 jaar geleden, vergaan? Bij een korte voorvertoning in het Olympisch Stadion ging er een schok door het zaaltje toen Rinat Dasajev in beeld kwam. De legendarische doelman, door voetbalminnend Nederland – ironisch genoeg - in het hart gesloten omdat hij betrokken was bij dat idioot mooie doelpunt van Marco van Basten, was er slecht aan toe. Een drankprobleem, dat kon niet anders.

Over dat probleem was al wel geschreven in de Russische pers, maar de confrontatie met het verval was pijnlijk. Dasajev praatte langzaam, met zware stem, en schuifelde na het gesprek wat onbeholpen naar de spelersbus van Torpedo Moskou. (De uitzending is hier terug te zien. Dasajev zit aan het begin op 0.58 en uitgebreider vanaf 10.40.)

Afgelopen week kwam ik een interview tegen met Dasajev in het weekblad Itogi. In één oogopslag zag ik aan de foto: hij ziet er goed uit! In het gesprek kijkt de doelman nog eens terug op zijn loopbaan. Hij vertelt hoe zwaar hem indertijd de overgang van Spartak Moskou naar Sevilla was gevallen. Hij sprak de taal niet, er werd anders gevoetbald en hij kwam opeens in een wereld vol overvloed terecht. Hij hield zich met moeite staande. Na afloop van zijn contract kreeg hij een trainersbaantje. Hij raakte toch werkloos en kreeg een drankprobleem.

Hij keerde terug naar Moskou en ging na een periode bij Spartak en de nationale selectie uiteindelijk als keeperstrainer aan de slag bij Torpedo Moskou, een club die ook betere tijden had gekend. Ik vermoed dat Torpedo zich over hem ontfermde zoals Bayern München dat deed met Gerd Müller, een andere oud-topspeler met een drankprobleem. 

Begin dit jaar werd de overgang van Dasajev naar zijn eigen oude club Spartak gemeld. Hij kreeg een baantje bij de jeugdopleiding en ging masterclasses voor de jeugd geven. Het past in het beleid van Spartak om oud-spelers bij de club te betrekken, maar ook hier zal de factor medemenselijkheid een rol hebben gespeeld. Op dit filmpje (en ook op de foto boven aan dit stukje) ziet u Dasajev in actie tijdens een masterclass. Hij ziet er ook hier weer goed uit en trapt een balletje – een klein wonder, als je terugdenkt aan die uitzending van Andere Tijden Sport.




Inmiddels heeft Dasajev promotie gemaakt: hij  is nu keeperstrainer van het tweede van Spartak. Of hij daar echt een bijdrage levert aan de trainingen, dat weet ik niet. Als hij maar van de drank afblijft, ben je geneigd te denken. Ik kwam een artikel over hem tegen uit 2007, waarin de interviewer wijst op de idiote afstanden die Torpedo Moskou voor wedstrijden moet afleggen. Weinig subtiel wordt dan gevraagd: “Vijf jaar geleden zei u dat u helemaal gestopt bent met drinken. Van al die reizen zouden wij opnieuw zijn begonnen”. Dasajev antwoordt: “Het is moeilijk om niet opnieuw te beginnen. Maar voorlopig houd ik het vol”.

(De ondertiteling van de EK-uitzending van Andere Tijden Sport is van mij, ik deed ook research voor het programma. Een van mijn leukste opdrachten!)  

Het fotoalbum van Koos en Nel Visch, Nederlanders in Kemerevo, Siberië (1922-1926).

(Eerste publicatie: 26-6-2013)

nel Visch Kemerovo communisten CPN

Dacht ik me daar toch een vondst van je welste te hebben gedaan.

Bladerend door een prachtige site met gedigitaliseerde fotoalbums uit Rusland, stuitte ik op bovenstaand tafereel. “24 september in Siberië. Men ziet hier hoe blij men is ons weer terug te hebben. We zitten op een berg van ijzererts.”

In hetzelfde album zat deze foto, volgens het onderschrift “Aan boord van de Rotterdam, de vierde groep Hollanders, 1922”:

Siberië fotoalbum 1922 CPN Sovjetunie

Meteen dacht ik aan Kemerovo, de Siberische stad aan de rivier de Tom, waar in de jaren twintig buitenlandse ingenieurs betrokken waren bij de bouw van een chemie- en cokesfabriek. In 1922 werd daartoe de Autonome Industriële Kolonie Koezbass opgericht, die onder leiding stond van de Nederlander Sebald Rutgers. Mijn niet zo wilde vermoeden werd bevestigd toen ik het omslag van het foto-album aanklikte:

Sebald Rutgers Koezbass ingenieurs communisten Kemerovo

Inderdaad, de AIK Koezbass. Van wie dit album is geweest, wordt op de site niet vermeld. Gelukkig is dat wel het geval bij een volgend album, twee klikken verder.

Koos Visch Nel Visch fotoalbum AIK Koezbass

Het is van Koos en Nel Visch, die in 1922 via een tussenstop in de Oeral ook in Kemerovo belandden. Vier jaar later maakten zij de opheffing van de AIK Koezbass mee. Buitenlandse ‘inmenging’ in de industrie was niet langer gewenst. In tegenstelling tot veel andere buitenlandse communisten, oostwaarts getrokken om de Sovjet-heilstaat op te bouwen, overleefden Koos en Nel de zuiveringen van de jaren dertig. Koos overleed in 1943 in Izjevsk, Nel werkte nog als lerares Nederlands in Moskou en keerde in 1947 terug naar Nederland.

De trein van oeral naar keremovo

De trein van oeral naar keremovo

Kemerovo, arbeidershuisjes. Architect Han van Loghem

Kemerovo, arbeidershuisjes. Architect Han van Loghem

"Hollandsch clubje" - Kemerovo, januari 1923

"Hollandsch clubje" - Kemerovo, januari 1923

Koos Visch in Kemerovo

Koos Visch in Kemerovo

Enige opwinding maakte zich bij al dit klikken van mij meester. Had ik hier zo maar even twee unieke albums opgedoken die een nieuw licht wierpen op de geschiedenis van de internationale arbeidersbeweging in het algemeen en de Nederlandse bijdrage aan de AIK Koezbass in het bijzonder? Dat viel helaas reuze mee. Ik vond een berichtje over een tentoonstelling in 2007 in het streekmuseum van Kemerovo. Daar was in elk geval het album van Nel en Koos Visch al te zien geweest. Dan zal het bestaan van dat andere album ongetwijfeld ook al wel algemeen bekend zijn.

Koos Nel Visch fotoalbum CPN Kemerovo

Op veel pagina’s in het album van Nel en Koos Visch zijn foto’s verdwenen. Bij de wel bewaarde foto’s staat helaas lang niet overal een onderschrift. Zo weet ik niet wie de man op klompen is.

Nel Visch overleed in 1990. In dit filmpje beschrijft ze de ontroering op de boot (de Rotterdam?) bij de aankomst in de Sovjetunie. Let ook even op de manier waarop ze ‘kameraad Lenin’ zegt. Volledig vanzelfsprekend, zonder enige ironie of wat voor bijbetekenis dan ook. Kom daar nog eens om, tegenwoordig.



De ZiL-127: het paradepaardje onder de Sovjet-bussen, dat moest wijken voor de Hongaren.

(Eerste publicatie: 16-6-2013)

De ZiL-127

De ZiL-127

Aan welk land doet bovenstaande bus u bij een eerste blik eerder denken, aan Rusland of de Verenigde Staten? Geeft u maar toe, eerder aan de VS.

De bus (type ZiL-127) komt uit Rusland, beter gezegd: de Sovjetunie, waar hij in de jaren vijftig geproduceerd werd door de Moskouse ZiL-fabriek. Dat hij aan de VS doet denken, is niet zo vreemd. Een groep specialisten werd eind jaren veertig naar Amerika gestuurd om daar de infrastructuur voor het busverkeer te bekijken, waarbij speciale aandacht uitging naar de befaamde firma Greyhound.

In 1951 rolde in Moskou het eerste proefexemplaar de fabriek uit, toen nog met de typenaam ZiS-127. De S verwees naar Stalin. In 1956 veranderde de fabriek zijn naam in ZiL, waarbij de L niet verwees naar Lenin (wat ik jarenlang heb gedacht), maar naar Ivan Ligatsjov, een oud-directeur. (De afkorting ZiL staat voor: Fabriek met de naam Ligatsjov).

ZIL auto Ligatsjov Sovjetunie

Die naamsverandering hield verband met de destalinisatie, in gang gezet in datzelfde jaar 1956 op het Twintigste Partijcongres. Dat congres zette ook de lijnen uit voor het zesde vijfjarenplan. In de jaren 1956-1960 diende het personenvervoer per interlokale bus drieëneenhalf keer zo groot te worden. De ZiL-127 paste perfect in dat plaatje.

In 1955 was de productie met 30 exemplaren al enigszins op gang gekomen. In totaal werden er 851 geproduceerd (1958 en 1959 waren topjaren met 200 exemplaren), tot er in 1961 (1 exemplaar) een abrupt einde kwam aan de productie van de ZiL. De USSR sloot zich aan bij een internationale conventie voor wegverkeer en committeerde zich daarmee aan een maximumbreedte voor vervoermiddelen: 2500 mm. De ZiL-127 was 180 mm te breed. In diezelfde tijd wees Moskou de productie van autobussen binnen het Warschau Pact toe aan Hongarije, wat ertoe leidde dat de Hongaarse Ikarus gaandeweg dé bus werd in de USSR.  

ZiL-127 long distance coach USSR
ZiL Sovjetunie bussen Ligatsjov

De ZiL was een opvallende verschijning op de Sovjet-wegen. Naast het chroom en aluminium maakte ook de grote, hoge koplamp (eigenlijk meer een schijnwerper) indruk. Die hoge lamp is goed te zien in de film Mensen en dieren uit 1962 (helemaal aan het begin en vanaf 1.55.) Voor liefhebbers van Russische treinreizen: kijk ook even naar het fragment vanaf 22.05.


Vanbinnen was er ook van alles bijzonder aan de Zil-127. De leuningen van de stoeltjes (32 in totaal) kon je verzetten, er was een netje “voor handbagage en hoofddeksels”, een lampje voor iedereen apart en een radio. Technisch (de motor en zo) was het ook allemaal opvallend, maar daar heb ik te weinig verstand van om dat interessant te vinden.

interieur bus ZiL

Tot in de vroege jaren zeventig kon je de ZiL nog zien rijden, daarna verdween hij uit beeld. Op dit moment is er nog één rijdend exemplaar, die van de bovenste foto. Die deed in de jaren 1956-1965 dienst vanuit Leningrad. (Leningrad-Moskou, Moskou-Minsk, Moskou-Simferopol waren bestaande trajecten, ook reed er een Zil-127 tussen het Moskouse vliegveld Domodedovo en hotel Moskva). De bus belandde in Estland, deed nog een jaar of wat dienst op een kolchoz en verwerd bijna tot een bergje schroot. Hij werd op het nippertje gered. In 2008 begon een groep liefhebbers van oud rollend materieel met de restauratie. Die hadden er drie jaar lang hun handen vol aan. 

Die Hongaarse Ikarus, daar heb ik trouwens ruime ervaring mee. In mijn jaren als reisleider was dat het voornaamste vervoermiddel. Ik wist – daar ben je reisleider voor – waar het knopje zat waarmee je van buitenaf de deur kon opendoen. Dat was handig, als je groep al bij de bus stond en de chauffeur nog nergens was te bekennen.  

De Hongaarse Ikarus

De Hongaarse Ikarus

Tien minuutjes propaganda uit 1961. Een volle rechtszaal lacht de gelovigen uit. Vakwerk.

(Eerste publicatie: 10-6-2013)


We zien zonnige straatbeelden en er klinkt een vrolijke mars. “Er zit weer een werkdag op voor de inwoners van Saratov”, zegt de commentaarstem. “Prachtig is het leven! Maar ook dat leven heeft vijanden. Laten we een kijkje nemen aan de rand van de stad en op de avond wachten”…  De vrolijke mars maakt plaats voor onheilspellende pianoklanken …

Het is een reportage van zo’n tien minuten, uit 1961. Dergelijke filmpjes werden vertoond in de bioscopen, voordat de hoofdfilm begon. Ooit zat ik – begin jaren tachtig – in zo’n bioscoop in Voronezj. De zaal zat vol, Solaris van Tarkovski stond op het programma. Maar eerst kwam er zo’n filmpje. Ik herinner me twee onderwerpen: Amerikaanse soldaten die ergens iets vreselijks deden (bozig gemompel om me heen) en een item over een nieuwe manier van aardappels telen, dat werd afgesloten met beelden van een overdadig gevulde Sovjet-groentewinkel (zacht, maar zeer schamper gelach in heel de zaal).

Bovenstaand, uiterst onaangenaam filmpje is een sprekend voorbeeld van de propaganda die over de Sovjet-burgers werd uitgestrooid. Vakwerk, als je het mij vraagt. Leden van de Pinksterbeweging staan terecht en worden ten overstaan van een volle, lachende rechtszaal uitgemaakt voor morele misbaksels, die alles haten wat het leven in de USSR zo prachtig maakt.

De Pinksterbeweging zat in de Sovjetunie zwaar in de verdrukking. Na de Tweede Wereldoorlog werd een nationale raad opgericht waarbij baptisten en pinkstergemeenten zich konden aansluiten, maar veel pinkstergemeenten wilden niets met dat staatsorgaan te maken hebben. Zij gingen, of bleven, ondergronds en werden – zie het filmpje – stevig aangepakt.

Nikolaj Jegorov

Nikolaj Jegorov

De hoofdrol in het proces is voor Nikolaj Jegorov, voorman van de gemeente in Saratov. Hij was het jaar daarvoor al veroordeeld tot een jaar dwangarbeid en vijf jaar verbanning. Begin 1961 keerde hij clandestien terug naar Saratov voor een begrafenis, nam weer deel aan een kerkdienst en werd gearresteerd. Het daaropvolgende proces is te zien op het filmpje. Om zijn rustige weerwoord (“Ik ben God gaan liefhebben en Hem gaan dienen”) maakt de overvolle zaal zich erg vrolijk, al lijkt de lach mij er achteraf ingemonteerd. De buurvrouw komt aan het woord (de kerkdiensten waren doorgaans aan huis), een oud-lid van de ‘sekte’ vertelt over de praktijken en belicht wordt hoe een lid van de gemeente van doktersbezoek werd afgehouden en overleed.

De aangeklaagden worden schuldig bevonden aan het “leiding geven aan een sekte die onverdraagzame religie propageert die de gezondheid van burgers schade toebrengt”. Jegorov wordt veroordeeld tot vier jaar cel, tweeëneenhalf jaar kamp en vijf jaar verbanning naar het hoge noorden.

Na zijn vrijlating woont Jegorov in Letland, dan nog een Sovjet-republiek. Over zijn leven in die jaren is mij weinig bekend. Hij blijft actief in de Pinksterbeweging, maar wordt niet meer gearresteerd. In mei 1992 wordt hij gerehabiliteerd. Hij overlijdt op 19 maart 2013. 

(Beelden van de begrafenisdienst, de begrafenis en de maaltijd erna vindt u hier. Volle tafels, geen drank.) 

Met een Moskouse boekendetective speuren naar Liederen over Willem van Oranje

(Eerste publicatie: 5-6-2013)

oude boeken Moskou antiquariaat

Was ik in Moskou, ik ging een dagje op stap met een boekenspeurder. Daar zijn er vijf van, verzameld in het vooralsnog zeer bescheiden collectief Knizjnyi Detektiv, wat letterlijk betekent: boekendetective. Voor geld kunt u hen laten zoeken naar dat ene boek dat u al zolang niet kunt vinden.

boekenwinkels Russische literatuur

Knijzny Detektiv is opgericht door Aleksandr Korvin, als oud-medewerker van een boekwinkel vertrouwd met het boekenvak. Hij is de enige van de vijf die voltijds zoekt. Aanvankelijk was het sappelen. Er werd een te bescheiden prijs gerekend en het aantal opdrachten was beperkt. Het bedrijfje werd gered door een verwoed verzamelaar van science fiction, die na een geslaagde opdracht met een enorme lijst kwam aanzetten. Ook familie en vrienden kwamen met verzoeken en gaandeweg kwam er loop in de zaak. Inmiddels zit Knizjnyi Detektiv op zo’n vijftig zoekopdrachten per maand.

Het soort boeken dat klanten zoeken, loopt uiteen, er is niet één bepaald genre dat eruit springt. Kinderboeken, memoires, stripboeken, buitenlandse literatuur, alles komt voorbij. Het ene boek wordt in twintig minuten gevonden, voor een ander is men een maand in de weer. Kolvin en de andere speurders kijken op boekensites, zijn alert op privé-bibliotheken die verkocht worden en informeren bij antiquariaten. Op die laatste zijn ze niet dol, die willen de prijs van een boek nog weleens flink opschroeven, zodra ze in de gaten krijgen dat iemand er al jaren naar op zoek is.

Voor een zoekopdracht hanteren de heren momenteel een basisprijs van duizend roebel plus eventuele gemaakte kosten. Daar komt dan voor de cliënt de prijs van het boek zelf nog bij. De duizend roebel dient vooraf te worden betaald. Bij een opdracht voor meer dan twee boeken, krijgt u korting.

div class="MsoNormal">

Willem van Oranje Russische vertaling antiquariaat

Behalve een eigen site, hebben de boekendetectives ook een pagina op Facebook. Daar plaatsen ze foto’s van opgespoorde boeken. En wat kwam ik er tegen? Песни о Гильоме Оранжском / Liederen over Willem van Oranje.

Had iemand in Rusland iets gehoord over de woelingen hier te lande rond het Koningslied van John Ewbank en zijn Team van Tekstschrijvers? Wilde hij misschien een gedegen historische vergelijking maken, Ewbank en de zijnen nog eens de grond in boren of juist een hart onder de riem steken? Nee, helaas, niets van dit alles. Willem van Oranje is hier niet onze Willem van Oranje, maar Willem met de Hoorn, ook wel: Willem met de Korte Neus, die leefde aan het einde van de achtste eeuw, hertog van Aquitanië, graaf van Toulouse en de eerste graaf van – dat wel – Orange. Het Russische Песни о Гильоме Оранжском is een vertaling van een middeleeuws Frans heldendicht. Een beetje teleurstellend, maar nou ja. Een van de vertalers van de teksten in het boek was trouwens Osip Mandelsjtam.

(Twee Russische artikelen over de boekendetectives vindt u hier en hier.

Isaak Toenkel en andere Sovjet-fotografen. Arbeiders en kalverenverzorgsters, onbezorgde illusies, gefotoshopt en wel.

(Eerste publicatie: 30-5-2013)

fotograaf Isaak Toenkel huwelijk Sovjetunie fotografie

Ik stuitte op deze prachtige foto, ik kwam er nog een paar tegen uit hetzelfde genre en dacht: daar schrijf ik een stukje over.

Toen liep het uit de hand.

Er is zó veel materiaal te vinden, en ongetwijfeld ligt er nog heel veel meer in archieven (zou men daar beseffen dat ze op een goudmijn zitten?) … Ga dat maar eens ordenen, schrijf daar maar eens een bondig stukje over. Ik ben eraan begonnen, maar tot een goed einde heb ik het niet gebracht. U moet het maar zien als een uitnodiging om zelf verder te zoeken.

De foto bovenaan dit stukje is uit 1952 en is van Isaak Toenkel, die vooral voor het tijdschrift Ogonjok werkte. Juist van Toenkel is er niet zo heel veel te vinden op het web, dus richt ik me vooral maar op hem. Je krijgt bij foto’s van dit soort de neiging om ze toe te lichten, zoals bij een schilderij uit de zeventiende eeuw. Ze zijn uit een ander tijdperk.

De namen van het jonge echtpaar zijn bekend: Ljoedmila en Vladimir Kisiljov. Beiden zijn ontwerpers, zij op een machinefabriek, hij op een fabriek voor optische apparatuur. Het glas wordt geheven bij de Zags, de burgerlijke stand, waar een aangeklede ceremonie een alternatief moest bieden voor het kerkelijk huwelijk. De heer en dame rechts aan de met stemmig rood afgedekte tafel zijn, neem ik aan, de dienstdoende ambtenaren. Aandoenlijk is de jongedame links, die het trouwboekje bekijkt en denkt: wanneer valt mij dit geluk ten deel? De bloem in haar hand (is dat een roos?), staat ongetwijfeld symbool voor haar stralende toekomst.  

Toenkel was, als ik het goed zie, niet vies van een beetje fotoshoppen. De man precies in het midden, met z’n glas omhoog, moet in het echt toch op een meter of tien hebben gestaan, misschien nog wel verder. Toenkel heeft hem een stukje naar voren gehaald, waardoor z’n hoofd op de foto mij onnatuurlijk klein voorkomt. Die twee dames ervoor, daar steek ik m’n hand ook niet voor in het vuur. Wat me dan wel van Toenkel tegenvalt, is dat hij het paarse gordijn niet even netjes heeft geshopt. Boven in het midden hangt het los van het haakje!

En dan deze foto, uit 1951, ook van Isaak Toenkel, daar kan ik helemaal uren naar kijken:

fotograaf Isaak Toenkel propaganda fabriek Lovjetrunie locomotief

Alleen de titel al nodigt uit tot een referaat: «Рабочие Коломенского ордена Ленина и ордена Трудового Красного Знамени паровозостроительного завода им. В.В. Куйбышева подписывают обращение Всемирного совета мира о заключении Пакта мира». Zal ik een poging wagen om dat te vertalen? Nou, vooruit: “Arbeiders van de met de Leninorde en de Orde van het Rode Arbeidsvaandel onderscheiden locomotieffabriek genaamd V.V. Koejbysjev in Kolomenskoe ondertekenen de petitie aan de Internationale vredesraad over het sluiten van het Vredespakt”. Welke, ongetwijfeld eminente, historische gebeurtenis dit betreft, ben ik even kwijt. Ik ga dat ook niet uitzoeken, ik kijk liever naar die foto.

Die vent met die pet, rechts op de voorgrond, die als een soort G.B.J. Hilterman de toestand in de wereld duidt voor Tamara van de lasafdeling…  In de rode ster op de locomotief zien we natuurlijk Stalin. (Heeft die arbeider helemaal links nou een peuk in z’n mond? Dat zal toch niet?)

Ach, en dan deze. Die kan wel zonder toelichting. (Al doe ik daar de jongedame mee tekort: het is Galja Sjoestikova – ‘beste kalverenverzorgster’.)

Over Isaak Toenkel heb ik niet zo veel kunnen vinden. Geboren in 1912, had een eigen atelier in Moskou, is naar Israël verhuisd, waar hij inmiddels zal zijn overleden.  

Hier een foto van een collega van Toenkel, Jakov Rjoemkin. Een dorpswinkel in 1951:

fotografie Rusland Sovjetunie dorpswinkel Jakov Roemkin Rumkin

Ook deze foto zet de deur open naar een heel verhaal, zeg maar gerust: een serie colleges, waarin economie en schaamteloze propaganda behandeld kunnen worden. Het was de tijd dat de Sovjet-economie zich weer een beetje ging richten op consumentengoederen, en dat moest worden getoond. Dat de stoffen op deze foto in geen enkele dorpswinkel te krijgen waren, en dat iedereen dat ook wist, dat is een verhaal apart.

Wie verder wil op dit fotografisch pad, kan hier en hier beginnen. Daar staan fotografen genoemd waarvan genoeg werk te vinden is op het net. Ik sluit af met nog een tafereel uit 1951, omdat het zo’n mooi contrast oplevert met al het kleurenwerk hierboven. Ook hier wordt die petitie voor dat vredespact ondertekend, maar vergelijk dat eens met die foto van Toenkel. Die behoort tot een apart genre, waar ik geen genoeg van kan krijgen.

ondertekening vredespact fotografie Sovjetunie USSR