Andere fronten ... Een mededeling voor mijn vaste lezers.

Wegens drukke activiteiten op tal van andere fronten, verschijnen er deze maand minder bijdragen van mij op dit weblog dan u van mij gewend bent.

Er staan stukjes in de steigers over …

Valentin Raspoetin Russische literatuur schrijver dorpsschrijver

De schrijver Valentin Raspoetin …

 

Sentsjin schrijver Russische literatuur

… de schrijver Roman Sentsjin …

 

Dinamo Moskou Engeland 1945 Cardiff City

… en de tour van Dinamo Moskou door Engeland in 1945.

In een iets verder verschiet doemen nog op: het alledaagse in het tijdperk van de ruimtevaart en de maïs (Leningrad in de jaren vijftig en zestig), en de culturele diplomatie van de USSR in de jaren twintig en dertig.

Geduld. 

Man overboord! ‘Overkil’ in de Zee van Ochotsk. Of: hoe ik mijn kennis van het Russisch weer eens ernstig overschatte.

scheepsramp Zee van Ochotsk trawler Russische visvangst

Dit wordt een taalkundig stukje. Mocht u dat niet zo boeien, sla het dan rustig over, maar kijk wel even naar de twee filmpjes onderaan.

Je bent jaren met Russisch bezig, denkt dat je een aardige woordenschat hebt opgebouwd, en dan stuit je op dit: Bыборка трала по слипу на БАТМе в шторм … Waarover zo meteen meer. Eerst even over de kop boven een ander stukje – over min of meer hetzelfde onderwerp (al had ik dat eerst niet in de gaten). De kop luidde: Оверкиль в Охотском море. Ik werd daar even flink door op het verkeerde been gezet.

In transcriptie luidt de kop: Overkil v Ochotskom more. De laatste drie woorden zijn geen probleem, die betekenen: in de Zee van Ochotsk – geen misverstand mogelijk. Over Overkil deden mijn hersens aanvankelijk ook niet moeilijk. Er stond een foto van een grote vissersboot bij het bewuste artikel en ik dacht: overkil … overbevissing, natuurlijk. Maar dat ging één zinnetje later al schuren. Het artikel ging helemaal niet over overbevissing, maar over het recente ongeluk met een trawler in de Zee van Ochotksk, waarbij meer dan zestig opvarenden waren verdronken. Ik dacht nog: is dat niet wat cru? Zo veel doden omschrijven met het woordje overkil?

Ik besloot – het vertrouwen in mijn Russische woordenschat was wat afgenomen -  dat oверкиль / overkil toch maar eens op te zoeken … Het betekent: kapseizen. Vreemd genoeg heeft het Nederlands voor dat fenomeen geen apart zelfstandig naamwoord (‘kapseizing’ zeg je niet), maar enkel een infinitief dat als zelfstandig naamwoord wordt gebruikt (het kapseizen). Maar met zo’n infinitief – met of zonder lidwoord - krijg je die kop niet vertaald. (“Kapseizen in de Zee van Ochotsk”, dat dekt de lading niet). In het Nederlands wordt zo’n kop dan iets als “Scheepsramp in de Zee van Ochotsk”.  

De laatste lettergreep van overkil heeft dus niks met dood of doden te maken. Volgens de Russische wiki stamt het Russische oверкиль van het Engelse overkeel. Wat weer ernstig indruist tegen mijn Hollandse taaltrots. Met zo veel Russische scheepstermen afkomstig uit het Nederlands, zou overkil opeens uit het Engels komen? En niks te maken hebben met het Nederlandse kiel? Of sloegen Nederlandse boten nooit om en Engelse wel? Dát zal het zijn!

Wat de oorzaak van de kapseizing van de Russische trawler (de Dalny Vostok) betreft, daarover doen verschillende versies de ronde. De meest genoemde is een te zwaar binnengehaald net, met daarbij onvoldoende vloeistof in de bakken die voor stabiliteit moeten zorgen. Bij een te vol net moet een deel van de vangst meteen terug worden gezet. Of dit (te laat) gebeurd is, mogelijk uit winstbejag, is niet duidelijk. Volgens overlevenden sloeg de boot in elk geval om, nadat het net was binnengehaald.

Hieronder twee angstaanjagende, maar wel verhelderende filmpjes. Bij de bovenste kunt u de (irritante) muziek uitzetten. Bij de tweede dient u het geluid beslist aan te laten staan, u krijgt er dan gratis een lesje Russisch vloeken bij. Er slaat iemand overboord. Hoe die weer terug aan boord komt, is mij een raadsel. Let ook op de hond die een kijkje komt nemen en op de manier waarop de drenkeling (nog met zijn helm op!) gewoon weer over het dek wandelt.   

Vergeet ik in mijn taalkundig enthousiasme bijna terug te komen op dat zinnetje uit de eerste alinea: Bыборка трала по слипу на БАТМе в шторм … U mag het vertalen! Want een beetje huiswerk af en toe kan geen kwaad.

En de winnaar is ... Pskov! De 22 beste steden van Rusland om te wonen (en de zeven slechtste) - volgens Varlamov.

Pskov

Pskov

Mijn collega Ilja Varlamov (één van de populairste bloggers van Rusland) reist veel door zijn land en doet daar verslag van met vaak prachtige foto’s. Hij is vooral geïnteresseerd in stedebouwkundige aspecten en kijkt overal rond met de vraag: hoe leefbaar is het hier?

Een bezoek aan Krasnodar, Syktyvkar, Tsjerkessk, Omsk, enzovoort levert meestal twee verslagen op: eentje over het lelijke Krasnodar, Syktyvkar, Tsjerkessk, Omsk, enzovoort, en eentje over het mooie Krasnodar, Syktyvkar, Tsjerkessk en Omsk, enzovoort. 

Lelijk Kazan

Lelijk Kazan

Mooi Kazan

Mooi Kazan

Varlamov maakte een ranglijst van de steden die hij bezocht. Hij legt uit: “De ranglijst is erg subjectief en gebaseerd op mijn eigen innerlijke gevoel. In feite ik heb ik mezelf steeds de vraag gesteld: zou ik in deze stad willen wonen? In Pskov, Gelendzjik of Kaliningrad zou ik dat wel willen, in Machatsjkala of Omsk niet. Ik heb gekeken naar het openbaar vervoer, naar hoe de inwoners tegen hun eigen stad aankijken, de schoonheid, de architectuur en veel meer."

Hier de ranglijst Varlamov, met vanaf nummer 23 de steden waar hij zeker niet zou willen wonen. Elke stadsnaam is een linkje, dat in de meeste gevallen leidt naar meerdere reisverslagjes en foto’s over de betreffende stad. Moskou en Sint-Petersburg zijn buiten beschouwing gelaten, want “dat zijn gevallen apart”. Verder vermoed ik dat hij nog nooit in Voronezj is geweest. En ik voel me geroepen om namens Michail Krug met kracht te protesteren tegen de 26ste plaats van Tver. De toevoeginkjes zijn van Varlamov zelf. 

1.   Pskov (Is heel goed en wordt nog beter!)
2.  Gelendzjk (De schoonste stad van Rusland.)    
3.  Kaliningrad (Geschiedenis. Niet de onze, maar toch mooi.) 
4.  Novorossijsk  (Zee, meeuwen, goede voetgangersgebieden.)      
5.  Sotsji  (Voor de Olympische Spelen op orde gebracht.)   
6.  Syktykvar (Schitterende noordelijke stad.)    
7.  Grozny (Duur, rijk.)
8.  Jekaterinburg  (Constructivisme, aangenaam centrum, uitstekende vliegveld.) 
9.  Samara (Kattenhoofdstad.) 
10. Petrozavodsk (Niet verpest door wildbouw. Mooie straten, mooi meer.)  
11. Vladimir  (Geschiedenis.)
12. Kirov (Goede gouverneur.)
13. Kazan (Veel potentieel voor ontwikkeling. Meest verschrikkelijke wildbouw.)
14. Chanty-Mansijsk (Goede architectuur, mammoeten.)
15. Vladivostok (Reliëf, oceaan, bruggen.)
16. Nizjni Novgorod (Ik kom hier altijd met plezier.)
17.  Joezjno-Sachalinsk (Krabben, ski's en kaviaar.)
18. Simferopol (Een jaar terug was het er heel triest, maar er zijn perspectieven.)
19. Jaroslavl (Ook een enorm potentieel.)
20. Pjatigorsk (Waarom niet?)
21. Toela 
22. Krasnodar

Oefa

Oefa

23. Novosibirsk (Vies, veel wildbouw, veel omheiningen)
24. Oefa (De vieste stad van Rusland) 
25. Tsjerkessk (Kan je hier überhaupt wonen?)
26. Tver (Hopeloos)
27. Omsk (Een van de armste steden van Rusland, ik zie geen enkel perspectief) 
28. Machatsjkala (De inwoners geven niks om hun stad.)
29. Adler. (ADler.) ('ad' betekent 'hel' in het Russisch.)

Novosibirsk

Novosibirsk

Kijk uit voor de viltstift! Anatoli Kokorin wandelde niet alleen rond in Nederland, maar ook in Leningrad, Denemarken, Engeland en Ierland.

Belfast, 1960

Belfast, 1960

De Russische schilder en (vooral) illustrator Anatoli Kokorin reisde bepaald niet alleen door Nederland (zie mijn vorige stukje). Los van de vele kilometers die hij tijdens de Tweede Wereldoorlog - al tekenend - met het Sovjetleger in Oost-Europa maakte (dat kan je moeilijk ‘reizen’ noemen), verbleef hij in zo’n twintig landen – een naar Sovjetbegrippen uitzonderlijk hoog aantal.   

Kokorin illustraties Denemarken Andersen
Odense Andersen Kokorin Denemarken sprookjes

Zijn belangrijkste bestemming was Denemarken. Hij kwam er meerdere keren en had in 1980 in Odense een eigen tentoonstelling in het huis van Hans Christian Andersen. Met de illustraties van bijna al diens sprookjes verwierf hij in Rusland de grootse bekendheid. Een complete scan van Kokorins boek 'In het land van de grote sprookjesschrijver' (1988) vindt u hier

Kokorin in Italië

Kokorin in Italië

Kokorin (1908-1987) liet een zeer omvangrijk oeuvre na, mede doordat veel van zijn ‘schetsen’, gemaakt tijdens talloze wandelingen, zo aan de muur of in een boek konden. Hier nog enig werk uit twee andere boeken van Kokorin. Eerst het Leningradski albom uit 1968. Ook hier weer dat charmante eigen handschrift van Kokorin, al blijft de tekst hier beperkt tot een korte inleiding en een enkel laconiek regeltje bij de tekeningen. Hieronder een selectie, scans van alle 68 pagina’s vindt u hier.  

 

Het tweede boekje gaat over Engeland, Schotland en Ierland uit 1972. Het lijkt erg op zijn boekje over Nederland. Jammer is wel dat de handgeschreven tekst hier plaats heeft gemaakt voor gewone drukletters. Hier een selectie (een complete verzameling scans van de 96 pagina’s heb ik niet gevonden):

 

Over zijn werkwijze schreef Kokorin: “Kijk uit voor de viltstift! Die is verraderlijk en leidt je snel de verkeerde kant op. Zijn lijn rent veel te monter over het papier. Ik geef altijd de voorkeur aan een simpel potlood, een pen, inkt, penseel of een rieten of aangescherpt houten stokje. Die reageren subtieler op je gevoel, ze veranderen het karakter en de spanning van de lijnen, terwijl ze zich aanpassen aan de wil van de kunstenaar.”

Een overzichtje van door Kokorin geïllustreerde boeken vindt u hier.

Kokorin atelier illustrator Andersen sprookjes Russische

Het Nederland van 1960 door de ogen van illustrator Anatoli Kokorin

Kokorin Holland Harderwijk Rusland Sovjetunie schilder illustratir

Hoe vaak was schilder en illustrator Anatoli Kokorin in Nederland? Ik vermoed maar één keer, in 1960. Het leverde een prachtig boekje op: В Голландии. Путевой альбом (In Holland. Reisalbum), 72 pagina’’s, uitgegeven in Moskou in 1967.

Kokorin (1908-1987) was naar Sovjet-begrippen een uitzonderlijk bereisd iemand. Als kind verbleef hij in de vroege jaren twintig geruime tijd in Engeland en Duitsland, waar zijn stiefvader – een belangrijke spoorwegingenieur – voor zijn werk naartoe was gestuurd. Hij maakte er kennis met veel Westerse kunst. Zijn opleiding tot kunstenaar volgde hij in Perm, waarna hij aan de slag ging als illustrator.

 

Zijn eerste reisdagboeken maakte hij tijdens de Tweede Oorlog, toen hij als vormgever van frontkrantjes meetrok met het Rode Leger. In 1953 verliet hij het leger en de jaren die volgden brachten hem naast Nederland onder meer in Italië, India, Tsjechoslowakije, Engeland, Frankrijk, Finland, Duitsland en Engeland. En overal tekende, tekende en tekende hij. In de jaren zeventig wierp hij zich op het werk van Hans Christian Andersen. Hij illustreerde bijna al diens sprookjes en dat leverde hem in Rusland zijn grootste bekendheid op.

Los van het boekje In Holland heb ik weinig kunnen vinden over Kokorins verblijf in Nederland. Schilder Viktor Tsigal schreef in een in memoriam dat hij in 1960 samen met Kokorin in Holland was. Tsigal legde zijn reisgenoot vast:

Anatoli kokorin in Amsterdam

Anatoli kokorin in Amsterdam

Was dat Kokorins enige reis naar Nederland? Het jaar van publicatie van zijn boekje (1967) laat ruimte voor meer bezoeken en in een artikel over een tentoonstelling staat bij één tekening, van vissers in Harderwijk, het jaartal 1961. Maar was dat het jaar van een volgende reis of het jaar waarin hij de tekening (af)maakte? Uit de pagina’s die ik van het boekje heb gezien, blijkt nergens dat hij meerdere keren in ons land is geweest.

Amstel Bier reclame paard en wagen Rusland Kokorin

Tsigal schrijft over Kokorins illustraties van sprookjes dat die bestemd zijn voor kinderen én volwassenen. Datzelfde kan je zeggen van Kokorins Hollandse tekeningen. Hij moet hier hebben rondgekeken met een intelligente, innemende blik van verwondering. Dat de begeleidende teksten in Kokorins handschrift zijn, geeft het boekje extra charme.

Die teksten zelf hebben niet zo veel om het lijf. Koeien, molens, klompen, vissers, fietsers, ze komen allemaal voorbij, beschreven in het idioom van een vriendelijke toerist. Alleen de woorden die hij aan Utrecht wijdt, vallen uit de toon. Kokorin vindt de stad “nogal somber”. Over Amsterdam schrijft hij iets opmerkelijks. Op de plek waar een verkeersslachtoffer is gevallen, wordt een Nederlandse vlag neergezet die daar 24 uur blijft staan. Was dat zo? Ik lees het voor het eerst.

Hieronder een selectie uit Kokorins Nederlandse reisverslag. Over zijn andere reisverslagen leest u spoedig in deel 2.

Hier het vervolg.

Baptisten in de USSR en de arbeiders van de kogellagerfabriek

Baptisten bij het gebouw van de Opperste Sovjet in Moskou, 16 of 17 mei 1966

Baptisten bij het gebouw van de Opperste Sovjet in Moskou, 16 of 17 mei 1966

Ik ben er maar één foto van tegengekomen, maar die is opmerkelijk genoeg: enkele honderden mensen, sommigen geknield, bij het gebouw van het Centraal Comité van de Communistische Partij in Moskou. Hij is genomen op 16 of 17 mei 1966. Het zijn baptisten die om een onderhoud vragen met partijleider Leonid Brezjnev.

De actie van de gelovigen was een uitvloeisel van het offensief tegen de kerken onder Brezjnevs voorganger Nikita Chroesjtsjov. Diens naam staat tegenwoordig vooral voor destalinisatie en dooi, maar tegenover de kerken was zijn houding keihard. Onder hem werden duizenden kerken en kloosters gesloten, werden missiewerk en diensten in de buitenlucht verboden en werd religieus onderwijs aan banden gelegd. De Russische baptisten behoorden tot de voornaamste slachtoffers.

Uit een protestverklaring van de Initatiefgroep gericht aan de Landelijke Baptistenraad (1961)

Uit een protestverklaring van de Initatiefgroep gericht aan de Landelijke Baptistenraad (1961)

In 1959 boog de Landelijke Baptistenraad voor het Kremlin. Lokale gemeenschappen kregen het advies om zich zo veel mogelijk aan de nieuwe regels te houden en bijvoorbeeld geen kinderen meer toe te laten tot kerkdiensten. Dat was zeer tegen de zin van een grote groep rechtlijnigen, die zich de facto afscheidden van de overkoepelende raad. Zij vormden de Initiatiefgroep die (tevergeefs) een congres bijeen trachtte te roepen, waar de handelwijze van de inschikkelijken veroordeeld zou worden.

In 1963 trok de Landelijke Baptistenraad zijn advies uit 1959 in, maar de verdeeldheid bleef. De Initiatiefgroep vormde een eigen Raad van Baptistenkerken, het schisma ging dwars door lokale geloofsgemeenschappen heen. Het waren de volgelingen van de nieuwe raad die aan het religieuze front in de USSR de hardste klappen kregen.

Het waren ook schismatici uit alle windstreken van de Sovjetunie die zich op 16 mei 1966 verzamelden bij het gebouw van de Opperste Sovjet. Zij wilden zich bij Brezjnev beklagen over recent ingevoerde strengere wetgeving met zwaardere straffen, die vermoedelijk specifiek gericht was tegen de ‘harde kern’ der baptisten. Geen andere kerkelijke gemeenschap werd ook in de jaren 1965-66 in de Sovjet-pers zo hard aangepakt als juist de afgescheiden baptisten. Dat hun lot langzamerhand ook in het Westen aandacht kreeg, zal daarbij een rol hebben gespeeld.   

Brezjnev kregen de gelovigen niet te spreken. Die was, zo kregen ze te horen, net vertrokken naar Vladivostok om aan de stad de Leninorde uit te reiken. In een verslag van de gebeurtenisen op 16 en 17 mei wordt gemeld dat de baptisten op straat te woord werden gestaan door KGB-voorzitter Semitsjastny. Er mocht een delegatie naar binnen voor een onderhoud met politburolid Pelsje, maar de baptisten zeiden te zullen wachten op kameraad Brezjnev, waarop de KGB-voorzitter antwoordde: “Ik hoef maar één kogellagerfabriek te bellen en de arbeiders slaan jullie tot moes.”   

Of dat citaat klopt, weet ik niet, ik heb er maar één bron voor. In elk geval waren arbeiders helemaal niet nodig, er waren ruim voldoende KGB-agenten voorradig om de baptisten op de tweede dag van hun protest – met harde hand - af te voeren. De straffen die volgden varieerden van boetes en enkele dagen arrest tot drie jaar kamp voor de organisatoren.

Hoeveel baptisten telde de Sovjetunie rond 1960? De cijfers lopen ver uiteen, van zo’n half miljoen tot drie miljoen. Het laatste cijfer komt van de kerkleiders en omvat vermoedelijk ook baptisten die niet officieel als zodanig geregistreerd stonden. En hoeveel leden telde de ‘fanatieke’ groep die zich afscheidde? Tienduizenden, volgens de leiders van de groep zelf. De Landelijke Baptistenraad (de rekkelijken) hield het voor 1964 op ruim 8.900. De baptisten worden in het huidige Rusland niet vervolgd, maar het schisma bestaat nog steeds.

Amerikaanse klokkenluiders, niet die uit dit stukje

Amerikaanse klokkenluiders, niet die uit dit stukje

baptisten Rusland Sovjetunie Amerikaanse klokkenluiders Leningrad

In 1986 was ik als reisleider met een groep Amerikaanse klokkenluiders in Leningrad. De  groep had een religieuze achtergrond, maar of het baptisten waren weet ik niet meer. Via onze lokale stadgids kon een optreden worden geregeld in de baptistenkerk in de wijk Ozerki. De Amerikanen, piekfijn gekleed en met witte handschoenen aan, kwamen klokken luidend door het gangpad naar voren. Het klonk prachtig, het was ontroerend. Een paar jaar eerder was zoiets nog onmogelijk geweest. Ik zat op het balkon en hoorde na elk nummer oude vrouwen met hoofddoekjes zachtjes mompelen: spasibo, spasibo, dank u, dank u.   

Ozerki Leningrad Sint-Petersburg baptisten kerk Amerikanen

Met ‘Volja volnaja’ schreef Viktor Remizov de literaire tegenhanger van de film Leviathan

Wie de film Leviathan de moeite waard vond en het Russisch machtig is, mag Volja volnaja van Viktor Remizov niet ongelezen laten. De overeenkomsten tussen film en boek zijn groot, zo groot dat je af en toe denkt: wie heeft hier bij wie leentjebuur gespeeld? Maar die gedachte kan meteen terzijde worden geschoven. Film en boek weerspiegelen simpelweg dezelfde realiteit: een genadeloze, gecorrumpeerde macht die geen tegenstribbelende individuen duldt. Je hoeft als Rusissche schrijver of filmer geen leentjebuur bij elkaar te spelen om met een dergelijk panorama voor de dag te komen. Het materiaal ligt rondom voor het oprapen.

Net als de film Leviathan speelt ook het boek Volja volnaja zich af ver, ver weg van Moskou, in een dorp en de tajga in het Verre Oosten. En ook hier worden de ‘verticale tentakels’ van de machthebbers in het centrum gevoeld.

Viktor Remizov tajga corruptie politie Russische Rusland Siberië literatuur

In het dorpje Rybatsji tiert de schaduweconomie welig. Illegale handel in kaviaar en pelzen levert de lokale vissers en jagers een behoorlijk inkomen op, twintig procent van de opbrengst gaat naar de politie – iedereen tevreden. Totdat een overijverige, op promotie beluste agent (met de zeer onaangenaam klinkende achternaam Gnidjoek) het evenwicht verstoort.

Een bijna-botsing met dorpsbewoner Stepan Kobjak, die een lading kaviaar vervoert, loopt uit de hand. Gnidjoek staat op zijn strepen, er vallen schoten en Kobjak vlucht de tajga in. De chef van Gnidjoek, die weet hoe in het dorp de hazen lopen, probeert de zaak te sussen. Hij heeft trouwplannen en overweegt om met zijn vergaarde kapitaaltje naar het zuiden te verhuizen. Gnidjoek ziet opeens een prachtkans om zijn lankmoedige chef pootje te lichten. Hij meldt de  ‘misstanden’ bij de regionale autoriteiten, daar komen lijntjes uit Moskou samen (vis- en jachtlicenties zijn goud waard, de corruptie is net zo verticaal georganiseerd als de macht) en uit de hoofdstad komt een eenheid speciale troepen om Kobjak op te sporen en de ‘orde’ te herstellen.

Remizov schrijft iets te veel in sjablonen. Alle karakters die je in een dergelijk verhaal mag verwachten, komen keurig langs: de eerlijke jager, de filosoof, de Tsjetsjenië-veteraan, de rijke stedeling met heimwee naar de natuur, de agent met een knagend geweten … En steeds weer: drank, drank, ontzettend veel drank, net als in Leviathan. Eveneens in overvloed aanwezig – ook weer net als in de film: de ongenaakbare natuur. Remizov toont zich in de beschrijving daarvan geen Toergenjev, maar maakt toch invoelbaar dat een dergelijke robuuste omgeving een bepaald soort mens voortbrengt, behept met een scherpe hang naar vrijheid. (De titel, Volja volnaja – ik waag mij niet aan een vertaling - verwijst naar die vrijheidsdrang).

Viktor Remizov

Viktor Remizov

Wanneer er een lijstje komt van literatuur die je moet lezen om de Russische jaren tien voor je te zien, dan zal Volja Volnaja daarop niet ontbreken. Remizov kwam er in elk geval al mee op de korte lijst van de literaire prijs Bolsjaja kniga. Dat zal niet alleen vanwege de literaire kwaliteiten zijn, maar juist ook vanwege het tijdsbeeld dat het boek schetst. In de Russische media worden daar geen schijnwerpers op gericht. Volja volnaja is een voorbeeld van literatuur – een oude Russische traditie – die deze maatschappelijke rol op zich neemt.

Hier een Russische recensie. Hier deel 1 uit de tijdschriftvariant. En nog een klein detail uit het boek: op de radio komt op een gegeven moment een lied voorbij, het is – jawel - hetzelfde lied dat in Leviathan uit de autoradio klinkt: Vladimirski Tsentral van Michail Krug. Daar schreef ik hier over.)