literatuur

Vasili Sjoeksjin - een jubileum

(Eerste publicatie: 25-7-2009)

Vasili Makarovitsj Sjoeksjin overleed in 1974 tijdens filmopnamen. Hij zou vandaag 80 jaar zijn geworden. Sjoeksjin was filmregisseur, acteur, maar bovenal schrijver. Voor mij althans, voor velen is zijn filmwerk kennelijk niet minder belangrijk. Tv-zender Pervyi Kanal zond vandaag drie van zijn films uit.

Sjoeksjin heb ik net niet ‘meegemaakt’. Een jaar na zijn dood leerde ik het Russische alfabet, een paar jaar later maakte ik kennis met zijn verhalen. Hij schreef er ruim honderd. Vooral dankzij Sjoeksjin kreeg ik, vanuit Nederland, zicht op de gewone Russen die zich achter de façade van ronkende Pravda-propaganda door het gewone leven sloegen, zo goed en zo kwaad als dat ging. De menselijke maat telde niet in de USSR, wél in de verhalen van Sjoeksjin. Dat contrast maakte en maakt zijn personages ontroerend. De USSR, met zijn minachting voor het individu, bestaat niet meer. Sjoeksjin - vrijwel onbekend gebleven in het Westen – lijkt in aanzien alleen maar te groeien.

Er worden dit jaar tentoonstellingen, lezingen en conferenties aan hem gewijd. In september is er in Moskou een Sjoeksjin festival. Zijn verzameld werk is opnieuw uitgebracht, het museum in zijn geboortedorp Srostki heeft een nieuw gebouw gekregen. Wat mijzelf betreft: alleen al door zijn verhalen zijn mijn inspanningen om Russisch te leren de moeite waard geweest.

Het Sjoeksjin museum vindt u hier.

Gaat het goed met Rusland? Brief van Belinski aan Gogol.

(Eerste publicatie: 23-6-2009)

Gaat het goed met Rusland? Of juist niet? 

Ik kwam de volgende uitspraak tegen: “Rusland is een land waar niet alleen geen garanties zijn voor het individu, voor eer en eigendom, maar waar zelfs geen politie-orde is, je hebt er alleen enorme corporaties van verschillende soorten officiële dieven en rovers”.

Dat lijkt me een vrij accurate omschrijving van het huidige Rusland en eentje waar je niet vrolijk of optimistisch van wordt.

En al helemaal niet als je weet dat het een uitspraak is uit 1847. Hij komt uit een brief van literair criticus Vissarion Belinski aan Nikolaj Gogol. Belinski richt in zijn brief aan de schrijver zijn pijlen ook op het bestaan in Rusland van lijfeigenen en lijfstraffen. Lijfeigenschap en lijfstraffen zijn inmiddels afgeschaft. Enige vooruitgang is er dus wel.

1973b.jpg

Bovenstaande postzegel (1957, USSR) is wel aardig. Belinski staat erop afgebeeld, met daaronder de kwalificatie: Geniale literair criticus en filosoof. Ja, natuurlijk, met uitspraken als hierboven geciteerd stond je er bij de communisten goed op. Niet voor niets staat de Brief aan Gogol helemaal vooraan op de zegel, links van het cijfer 40.

Stel je voor dat Poesjkin en Tolstoj een weblog hadden gehad

(Eerste publicatie: 13-6-2009)

Lev Tolstoj

Lev Tolstoj

Stel je voor dat Poesjkin, Tolstoj en Toergenev een eigen weblog hadden gehad. Een eigen plekje op ЖЖ (ZheZhe = Zhivoj Zhurnal, dé bloggergemeenschap van Rusland.) Hoe zouden zij zich in de 19de eeuw als bloggers hebben gedragen?

Een zekere Vladislav uit Norilsk ging op zijn weblog [linkje werkt niet meer] aan de slag en kwam (met behoud van de hedendaagse bloggertaal) tot een alleraardigst resultaat. Hij schrijft:

“Poesjkin zou de gaafste ЖЖ hebben gehad. Iedereen zou hem ’s ochtends aan zijn vrienden hebben toegevoegd (френдили), maar ’s avonds weer hebben verwijderd (отфренживали), omdat hij iedereen zou bedelven onder flitsende, geniale comments, en ook nog in zijn comments tekeningen zou posten van blote vrouwenvoetjes. Honderden aanbidsters zouden hem aan zijn hoofd hebben gezeurd: aan wie nou toch Ik herinner me het wondermooie ogenblik was opgedragen, toch niet echt aan dat domme wicht Annetje Kern? Daarna zou Kern zelf zich in de comments hebben gemengd en korte metten hebben gemaakt met de irritantste vrouwelijke users (юзершами). En tenslotte zou Poesjkins account gesloopt worden door een hacker met als nick dantes_zloy_blondin. En nog lang zou de ЖЖ-gemeenschap zich afvragen waarom d’Antes dat had gedaan: vanwege homofobe comments van Poesjkin of toch vanwege een zekere leuke юзерша?”

Tolstoj (“zou enorme posts hebben geplaatst over geestelijke waarden en eenvoud”), Gogol, Dostoevski, Saltykov-Sjtsjedrin, … blogger Vladislav gaat nog even door. “Toergenev zou een ЖЖ zijn begonnen om panorama’s te posten van Europese steden waar hij was geweest, en af en toe lyrische natuurbeschrijvingen”.

Duncan en Jesenin

Duncan en Jesenin

Uit de vorige eeuw wordt Majakovski opgevoerd: “Majakovski zou de ЖЖ van Jesenin regelmatig aan zijn vrienden hebben toegevoegd en weer geband, hem uitkafferend omdat hij al zijn posts zou vullen met beschrijvingen van zijn slemppartijen en klachten over wat een dom mens Isadora blijkt te zijn.” 

Tsjechov ontbreekt helaas. En uit de eigentijdse literatuur had ik graag het weblog van Sjoeksjin gelezen. (Nou ja, eigentijds ... Sjoeksjin is ook al weer 35 jaar geleden overleden ...).

Tetris en de marskramers van Nekrasov

(Eerste publicatie:10-6-2009) 

0_42768_c0df09fa_L.jpg

Hier rechts ziet u een kleine afbeelding van de Russische dichter Nikolaj Nekrasov (1821-1878):

En hieronder ziet (en  hoort) u een jonge, ongetwijfeld zeer getalenteerde drummer (u kunt zelf ook weer op 'stop' drukken):

De dichter Nekrasov en de jonge drummer hebben meer gemeen dan je op het eerste gezicht zou denken.

In dit verband zijn ook de twee onderstaande beelden aardig om te laten zien. Het linker staat in Rostov-aan-de-Don, het rechter in Jekaterinburg:

kupec-rostov02.jpg
1.jpg

De twee bronzen figuren zijn korobejniki, marskramers.

En dan nu de uitleg: Korobejniki is de naam van een gedicht van Nekrasov uit 1861, dat door een onbekende componist op muziek werd gezet en een populair volksliedje werd. In 1984 ontwierp de Rus Alexey Pajitnov het Tetris-computerspelletje met Korobejniki als begeleidend muziekje. Het spelletje begon aan een opmars, het deuntje drong door tot in alle uithoeken van de wereld. Zoek bij youtube op korobeiniki en je krijgt de meest uiteenlopende (en meest idiote) versies, van klassiek tot hardrock, met klaplepels en zingende zagen. De volgende variant vind ik boeiend. Het laat zien hoe Nekrasov via een soort paardsprong per computer de Amerikaanse cultuur binnen is gekatapulteerd. Al vermoed ik dat de naam Nekrasov de jongens op het podium niet zo veel zal zeggen:

En hier ook nog het ‘originele’ Tetris-deuntje:

En een paar regels uit het gedicht van Nekrasov, waarin een marskramer het aanlegt met een vrouwelijke klant: Alleen de diepe nacht weet / hoe zij het met elkaar konden vinden / ga weer rechtop staan, hoog rogge / en bewaar je heilig geheim!

Ik vind dat nogal scabreus, voor 1861.

Literatuur: de bestsellers van Moskou

(Eerste publicatie: 29-5-2009)

030906-coelho-01.jpg

Nieuw, een bestsellerslijst voor Moskou. Gepubliceerd op een site met de wat ongelukkige naam publishit, gebaseerd op de verkoopcijfers van een aantal Moskouse boekwinkels plus één internetwinkel. De lijst wordt dagelijks bijgewerkt. [De lijst is verhuisd naar een andere plek.]

Aardig om af en toe eens te bekijken, al staat er wel een hoop tinnef op. Bovenaan staat al enige tijd Tam gde nas net, een detective van Tatjana Oestinova. Nou ja, het had erger gekund, en Oestinova geeft zelf op haar eigen site toe dat je voor meesterwerken niet bij haar moet zijn.

Verder is het een raar mengelmoesje, die lijst. Op 28 (vier plaatsen gezakt) staat Didactisch materiaal voor wiskunde in de vijfde klas. Zeven plaatsen lager (vijf plaatsen gestegen): Gabriel Garcia Márquez - Honderd jaar eenzaamheid, audioboek MP3 op 2 CD’s. Stephen Frye in vertaling, de verschrikkelijke Paulo Coelho (elf plaatsen gedaald, ondanks de aardige meisje op de foto boven die echt hun best doen om er nog iets van te maken) …

Mooi dat Valerija Novodvorskaja op de lijst staat! Dapper mens, al sinds de jaren zestig strijdend tegen domme, arrogante machthebbers. Gelukkig is er nog een publiek voor haar vileine pen.

eks.jpg

En daar kom ik Aleksandr Terechov tegen! Op nummer 41, met zijn historische roman Kamennyi Most. Ik ben gek op historische romans en over Terechov is veel geschreven. Maar de meningen zijn verdeeld. Aanschaffen of niet? Ik stuurde twee weken geleden een mailtje naar mijn vroegere docente Russisch in Voronezj met de vraag wat zij van die Terechov vond. Een halve dag later kwam het antwoord: ze had nog nooit van hem gehoord …

1066976_0_Kamenniy_most_Aleksandr_Terehov.jpg

Het kan zijn dat de provincie een beetje achterloopt bij Moskou, het kan ook zijn dat Terechov niet meer is dan een modieuze lege huls. Want mijn geliefde docente uit Voronezj kent zo’n beetje alles, oud of nieuw, wat in de Russische literatuur van enige waarde is.

We laten Terechov nog maar even ongelezen.

(Bovengenoemde posities waren uit de lijst van 28 mei. Coelho is opnieuw vier plaatsen gezakt! Novodvorskaja is uit de lijst verdwenen. En Boris Akoenin staat nu op 1).

Viktor Astafjev - een oud-frontstrijder schrijft ...

(Eerste publicatie: 8-5-2009)

Morgen rollen de tanks over het Rode Plein en zwelgt Rusland weer in trots. De overwinning op Duitsland in de Tweede Wereldoorlog wordt gevierd, met pracht, praal en pathos. De trots is natuurlijk terecht, maar de pracht en de praal verhullen een deel van de werkelijkheid, dat in Rusland steeds verder uit het zich verdwijnt.

Van schrijver en oorlogsveteraan Viktor Astafjev (1924-2001) verscheen onlangs een brievenboek. Astafjev verzette zich met groeiende verbittering tegen de mythevorming rond de oorlog. Hier enkele fragmenten, afgedrukt in Novaja Gazeta:

28 december 1987, aan schrijver V. Kondratjev:

Ook ik heb maar één keer een granaat gezien met daarop geschreven “Voor Stalin”, en “hoera” heb ik helemaal nooit gehoord. (…). Wij allen, al onze genen, botjes, bloed, zelfs onze stront is doordrenkt geraakt van de tijd en lucht gemaakt door Stalin. Wij zijn ook nu nog in veel opzichten zijn kinderen, al schamen we ons ervoor om dat toe te geven. God zij dank zijn we al niet meer bang, we schamen ons alleen.” (…)

Trouwens, wie “aan Zjoekov begint”, zal een echte Russische schrijver zijn (…). Ach, wat was dat een product van de “vader en leraar” [Stalin]! Wat een stroper van het Russische volk. Hij, hij en kameraad Stalin hebben in het vuur van de oorlog het Russische volk en Rusland verbrand. Met die zware beschuldiging moet je het verhaal van de oorlog beginnen (…)

1 april 1990, geadresseerde niet achterhaald:

Niet U, niet ik, niet ons leger heeft het fascisme overwonnen, maar ons volk dat zoveel te lijden heeft gehad. In zijn bloed hebben ze het fascisme verdronken, onder zijn lijken hebben ze de vijand bedolven. Het is de eerste en enige oorlog (…) waarin de verliezen in de achterhoede die aan het front overtroffen – 26 miljoen, voornamelijk Russische vrouwen en invaliden, kinderen en ouderen. Alleen misdadigers konden zo kwistig omgaan met het eigen volk (…). Alleen hufters konden het leger in angst en onder verdenking houden - al die speciale afdelingen (…) En bevel 227? Alleen al daarvoor hadden ze na de oolog de hele Kremlin-camarilla uiteen moeten jagen.

Wat zou ik U graag willen prijzen! Maar om wat? Omdat u, strijdend voor uw eigen ‘generaals-waarheid” vergeten bent om onze gevallen strijders te begraven, van wie de botten tot op de dag van vandaag nog verspreid liggen over de Russische bossen, velden en moerassen? (…), soldaatjes die onder de Sovjet-macht altijd een soort stro waren, alleen maar geschikt om te laten wegrotten en in het vuur te gooien.

(…) als u allen, zonder uniform, zonder met medailles te rinkelen, het Russische veld zou inlopen, omringd door lege dorpen (één van de reden van die leegte is de oorlog), als u op de knieën zou gaan, en met uw grijze hoofden gebogen de Allerhoogste om vergeving zou vragen, misschien zal hij u dan horen. Dat is de enige weg naar de redding van uw generaals-ziel (…).

Zomer 1995, aan generaal Koelikovski:

Voor u moet de manhaftigheid uit de oorlog (…) worden bezongen, waarbij u vergeet dat hoe meer je liegt over de oorlog, hoe dichterbij je de volgende oorlog brengt.

Kersnovskaja in andere talen - en twee documentaires

(Eerste publicatie: 29-4-2009)

5_85.jpg

Ik kom nog even terug op mijn 'herontdekking', gisteren, van Evrosinija Kersnovskaja. Werk van haar is ook uitgegeven in het Duits, Frans en Italiaans:

images.jpg

- Kersnovskaja Е. "Ach Herr wenn unre Sunden uns verklagen". - Kiel: NEUER MALIK VERLAG, 1991.

- Кersnovskaja Е. "Coupable de rien". - Paris: PLON, 1994.

- Kersnovskaja E. "Quanto vale un uomo". - BOMPIANI 2009.

Zou een Nederlandse uitgave mogelijk zijn? Ik ga eens een paar balletjes opgooien.

Hieronder nog twee documentaires over haar leven en werk.

Goelag: Kersnovskaja in combinatie met Sjalamov

(28-4-2009)

3.jpg

Hoe heeft dit boek aan mijn aandacht kunnen ontsnappen … Onbegrijpelijk en bijna onvergeeflijk! En nu is het in de voor mij bereikbare boekwinkels (ook op internet) uitverkocht.

main.jpg

Efronsinija Kersnovskaja (1908-1994) bracht twaalf jaar door in de Goelag en deed daar naderhand verslag van in tekeningen en tekst.

Ik kwam Kersnovskaja weer op het spoor dankzij de culturele site Izo. Ik had wel eens werk van haar gezien (het weekblad Ogonjok besteedde ooit aandacht aan haar), maar het 856 pagina’s dikke boek Hoeveel is een mens waard (Сколько стоит человек, uit 2006), met daarin al haar tekeningen over haar jeugd en de nachtmerrie van de kampen daarna, was me ontgaan.

Via Izo belandde ik op een site die volledig aan Kersnovskaja is gewijd. De tekeningen en verhalen uit bovengenoemd boek zijn er te zien. Ook haar andere werk wordt gaandeweg op de site gepubliceerd.

Wat een wrange combinatie: die aandoenlijke stijl van de tekeningen en de ellende die ze uitbeelden. De literaire kwaliteit van Kersnovskaja’s verhalen ga ik niet beoordelen, daar wil ik eerst het boek voor in handen hebben. Maar de tekeningen alleen al … Lees ze in combinatie met de kampverhalen van Varlam Sjalamov, een scherper beeld van de kampen onder Grote Mensenvriend Stalin is niet te krijgen.

kersnovskaya-1.jpg

Hier nog een kort vervolg.

De eeuwigheidswaarde van Vasili Sjoeksjin

(Eerste publicatie:  11-4-2009)

08daeb0b002d3d2ec98b662fc6aaae95.jpg

Tijd voor een toezegging, maar eerst iets over Vasili Sjoeksjin (1929-1974).

Najaar 2007 was ik in het kleine Brodjatsjaja Sobaka-theater in Sint-Petersburg bij een voorstelling van de acteur Vladimir Borisov, die vijf verhalen voordroeg van Sjoeksjin, mijn favoriete Russische schrijver van na de oorlog. Ik genoot, maar verliet het zaaltje toch met gemengde gevoelens. Het had niet vol gezeten, er waren misschien vijftien man op afgekomen. Was er in het moderne, gehaaste Rusland, in de ban van gas en snelle rijkdom, geen plaats meer voor de ‘kleine’ verhalen van ‘mijn’ schrijver uit de Altaj?

front_photo.jpg

Sjoeksjin portretteert in zijn korte verhalen gewone mensen, meestal met een dorpse achtergrond, kwetsbaar en in verwarring door de moderne tijd. Waar veel Sovjet-literatuur – om over de Sovjet-media nog maar te zwijgen - industrialisatie en mechanisatie verheerlijkte, koos hij onverholen partij voor het kleine, het menselijke, dat in de verdrukking was geraakt.

Meer schrijvers plaatsten vraagtekens bij de ronkende vijfjarenplannen, de onderwerping van dorp en natuur aan de heilige vooruitgang. Fjodor Abramov, Valentin Raspoetin en Boris Mozjaev, bijvoorbeeld. Zij maakten echter van hun werk – veel meer dan Sjoeksjin – een vehikel voor een programma, voor een idee. Het maakte hun boeken tot spannende lectuur (je speurde tussen de regels door naar de verboden boodschap), maar de literaire kwaliteit leed daar onder.

Altijd had ik het idee dat Sjoeksjin boven de andere derevensjtsjiki, de dorpschrijvers, uitsteeg, dat zijn werk, zonder die ideologische ballast, overeind bleef en eeuwigheidswaarde had. Daarom was ik zo teleurgesteld over die lage opkomst, die avond in Sint-Petersburg. (Mij bleek later dat Brodjatsaja Sobaka niet is aangesloten bij het centrale ticket-systeem, waardoor het moeilijker reclame kan maken).

Maar zie, een nieuw toneelstuk gebaseerd op verhalen van Sjoeksjin, op de planken gebracht door het Theater van de Naties, trekt volle zalen! Er wordt over geschreven, gediscussieerd, de zalen (het stuk is op tournee) zitten vol, al zijn de kaartjes bepaald niet goedkoop. Titel: Rasskazi Sjoeksjina (Verhalen van Sjoeksjin). Het beleefde vorig jaar al zijn première. Tot mijn schande moet ik bekennen dat mij dat was ontgaan. Maar dat krijg je, met een weblog dat van ‘veraf’ wordt bijgehouden.

fc7236f91955288d00470ec6043094ed.jpg

En dan nu mijn toezegging. Vanaf volgende week verwacht ik wat meer tijd te hebben voor dit weblog. Die extra tijd wil ik gebruiken om iets meer aandacht te besteden aan literatuur (fictie en non-fictie). Zo’n première als van Rasskazy Sjoeksjina zal me geen tweede keer ontgaan.

Voor het Sjoeksjin Museum hier.

(Bij Google zal Shukshin als zoekopdracht meer hits opleveren dan Sjoeksjin)

Update: In de zomer 2010 trok het toneelstuk in Amsterdam, opgevoerd in het kader van het Holland Festival, volle zalen. 

IMG_6742.jpg