Hoe twee Amsterdamse communisten best tevreden waren over de Russische mode van rond 1980. ‘Ze lopen er toch prima bij?’

------------

In 1981 maakte fotograaf Boris Savelev bovenstaande foto op het Rode Plein in Moskou. Ik werd getroffen door het beeld – het voerde me meteen terug naar 2012 en, linea recta, nog veel verder, naar 1979. 

In 1979 – ik was vierdejaars student Russisch en begreep natuurlijk al héél veel van Rusland -  maakte ik een simpele toeristenreis die me bracht naar onder meer Vladimir, Soezdal en Kalinin. In mijn gezelschap – het betrof een klassieke groepsreis – bevond zich onder meer een Amsterdams echtpaar, verwoede communisten, voor wie de Sovjetunie het beloofde land was. De ideale heilstaat was het misschien nog niet, maar daar werd hard aan gewerkt!

Ik zag dat anders.

Ik was al niet aan mijn studie begonnen uit enige sympathie met Lenin en de zijnen, en wat ik inmiddels over de USSR had gelezen en geleerd, had bepaald geen warme gevoelens bij me gewekt. Karel van het Reve, Vladimir Boekovski, Andrej Amalrik … mijn gedachten bewogen zich binnen andere kaders dan die van het wat oudere echtpaar uit Amsterdam. Confrontaties bleven niet uit.

Bijna schrik ik weer van de felheid waarmee ze reageerden op mijn blasfemische opmerkingen – over het gebrek aan godsdienstvrijheid bijvoorbeeld. Na een verhaal van onze Intouristgids over de onaantastbare status van kerk en gelovigen in de USSR, draaide de man van het echtpaar zich in de bus naar mij om en beet me toe: “Zie je nou wel!” Daar had ik niet van terug.  

Ik verkeerde nimmer in kringen van communisten en de (beperkte) omgang met het echtpaar was een openbaring. Ik liep aan tegen een rotsvaste overtuiging en een mij totaal onbekende bitterheid die diep zat. De weggemoffelde rol van het communistisch verzet in de oorlog, de status van bijna-landverraders in de jaren vijftig, de verderfelijke, onwrikbare macht van het Amerikaanse grootkapitaal … Het werd allemaal op het bordje gelegd van dat jonge studentje met z’n paar woordjes Russisch die het allemaal beter wist.

Ik ging maar niet te veel meer in discussie met de twee, maar ik bleef me verbazen. Over hun verontwaardiging, wanneer andere leden van het reisgezelschap kauwgum en souvenirtjes uitdeelden aan Russische kinderen. Dat was toch alsof je kraaltjes uitdeelde in een ontwikkelingsland?! En dan dat gezeur over de kleding van de Russen, waar ging dat nou eigenlijk over. Ze liepen er – ik zie de man van het echtpaar nóg met een bozige blik door de busruit zijn gelijk halen – toch prima bij?

Oordeelt u zelf aan de hand van bovenstaande foto – al stamt die van twee jaar na mijn reis. Dat de kledingindustrie de Russen en Russinnen niet zoveel keus bood, lijkt me in elk geval duidelijk. Dat zij, getuige de bloeiende zwarte markt, verlangden naar ook eens iets anders, kan ook niemand verbazen.     

In 2013 maakte ik onderstaande foto, op dezelfde plek als Savelev in 1981, al sta ik ten opzichte van hem bijna een kwartslag gedraaid. Het klinkt misschien een beetje sentimenteel, maar wat ben ik blij voor die Russinnen op mijn foto. Zoveel verschillen, zoveel individuen … Alleen dat rode laarsje al, helemaal rechts! Lekker anders.

Is dat belangrijk? Dat lijkt me wel, al is mijn mening door de ideologische kaders waarbinnen ik denk misschien gekleurd. Gelukkig hoef ik er hier achter mijn bureau niet over in discussie met het echtpaar uit Amsterdam.

------------------

Het toeval wil dat ik enkele dagen geleden in het Georgische Gori was, de geboorteplaats van Jozef Stalin. Daar trof ik in het aan hem gewijde museum rode klompjes aan uit Nederland, een geschenk voor Stalins 70ste verjaardag in 1949, afkomstig van de “C.P.N. De Waarheid, afd. Houtigehage – Boelenslaan”. Ik heb even opgezocht of dat misschien een afdeling was in Amsterdam … Helaas, Houtigehage ligt in Friesland.


Overigens, wanneer je het Stalinmuseum in Gori achter je laat en een meter of driehonderd rechtdoor loopt, kom je vanzelf op het plein waar cameraman Stan Storimans in 2008 door een Russische clusterbom om het leven kwam. 

Timothy Snyder geeft college: de rechte lijn van denker Ivan Ilin (1883-1954) naar Ruslands misdaden in Oekraïne.

--------------------

Het duurt een paar minuutjes voor hij op gang komt, maar dan heb je ook wat: een pakkend college van historicus Timothy Snyder,  een glashelder, beklemmend betoog over de invloed van de Russische denker Ivan Ilin (1883-1954) op de politiek van het Kremlin gedurende de afgelopen vijf jaar. "No matter what we are doing, we are innocent."  


Toevallig las ik zeer onlangs Snyders The Bloodlands. Ik dacht dat ik in grote lijnen wel wist wat zich zoal heeft afgespeeld in de jaren 1939-1935 in Polen, Wit-Rusland en Oekraïne ... Aanbevolen, met klem.

-------------

Zo heeft u voorlopig wat te doen. Zelf ben ik er even tussenuit - in Tbilisi en omstreken zoeken naar geïllustreerde Sovjet-uitgaven van Tsjechov uit de jaren vijftig. 

Sidney Jackon: Hoe een kleermaker uit de Bronx strandde in het Rusland van Nicolaas II en de grondlegger werd van de bokssport in de USSR - 2

-------------------


Sidney Jackson, leerling-kleermaker uit de Bronx en een van de beste Amerikaanse boksers in het vedergewicht, zit tijdens de Eerste Wereldoorlog klem in Tasjkent, de hoofdstad van Oezbekistan (zie deel 1). Terwijl de wereld in brand staat, verdient hij, vergeten door de Amerikaanse diplomaten, een grijpstuiver op een kledingfabriek. Geld voor de thuisreis heeft hij niet.

Stilletjes wachten op betere tijden ligt niet in de aard van de vechtersbaas. In 1918 sluit hij zich aan bij de Internationale Brigade, die aan de zijde van het Rode Leger in Centraal Azië vecht in de burgeroorlog. Drie jaar, twee verwondingen en meerdere onderscheidingen later, keert Jackson terug naar Tasjkent, waar hij sportinstructeur wordt bij Vsevoboetsj, de organisatie die burgers militaire vaardigheden moet bijbrengen en die alle sportfaciliteiten van de stad in beheer heeft gekregen. De Fortuna Sportclub wordt zijn thuisbasis.

De vedergewicht ziet zijn kans schoon om zijn geliefde boksport – nauwelijks bekend in Oezbekistan -  te promoten. Met paardenleer en zeewier fabriceert hij handschoenen en boksballen en in een park maakt hij een boksring. De eerste boksclub in de jonge Sovjetunie is een feit.

Jackson doet ook zijn best om tennis, zwemmen, atletiek en voetbal van de grond te krijgen. In 1921 is hij een van de drijvende krachten achter de Centraal-Aziatische Olympiade, die onder meer tot doel heeft om ook de moslimvrouwen tot sport te bewegen. Dat is bepaald geen vanzelfsprekendheid in Tasjkent, en één van de activisten die in het oude stadsdeel vrouwen probeert te interesseren, brengt het er niet levend vanaf.

Tasjkent, jaren twintid. (Foto: Max Penson)

Dan komt de Amerikaanse diplomaat Howard Rand op bezoek. Hij heeft de uitreispapieren voor Sydney bij zich, maar die hoeft ze niet meer. Te lang heeft hij zich vergeten gevoeld. “Het is een grote eer om een Amerikaans staatsburger te zijn, het is nu een nog grotere eer om hier werkzaam te zijn”, vertelt hij Rand. In 1922 krijgt Sydney Jackson een Sovjetpaspoort.

Eind jaren twintig trouwt Jackson met Berta Braginskaja, net als hij van joodse komaf. Ze krijgen een zoon en een dochter. Voor de zekerheid (midden jaren twintig was de bokssport in de USSR enkele jaren verboden) besluit Jackson ook aan een ‘gewone’ carrière te werken en met enige moeite – hij heeft geen studiehoofd – schopt hij het tot leraar Engels.

Rifkat Azihanov - Jackson met zijn boksers

Rifkat Azihanov - Jackson met zijn boksers

De bloedige jaren dertig komt hij ongeschonden door – voor een buitenlander, met joodse wortels bovendien, bepaald geen vanzelfsprekendheid. Al die tijd, en ook na de Tweede Wereldoorlog, blijft hij nauw betrokken bij de bokssport, vooral als trainer. Het levert hem de titel Verdienstelijk Trainer van de USSR op, waarmee zijn bijdrage aan de bokssport wordt onderstreept. Meerdere keren wordt een Oezbeeks team met zijn leerlingen kampioen van de Sovjetunie. Jackson heeft onder meer de jonge Roefat Riskijev onder zijn hoede, die in 1974 wereldkampioen wordt in het middengewicht.

Jackson maakt dat niet meer mee. Hij overlijdt in 1966, kort voor zijn 80ste verjaardag. Amerika zag hij nooit meer terug, verschillende aanvragen voor een uitreisvisum werden door de Sovjetautoriteiten afgewezen. Wel krijgt hij in Tasjkent twee keer bezoek van zijn zus Rosa. Wanneer hij uiteindelijk wel toestemming krijgt voor een reis naar zijn geboorteland, is het te laat. Jackson is dan al te zeer verzwakt door maagkanker. Rosa komt in 1970 nog een keer naar Tasjkent en legt bloemen op zijn graf. Dat doen ook de boksers die meedoen aan het jaarlijkse bokstoernooi in de Oezbeekse hoofdstad dat zijn naam draagt: Sydney Jackson, kleermaker uit de Bronx, grondlegger van de bokssport in de Sovjetunie.

Deel 1.

(Dit artikel is grotendeels gebaseerd op: Jim Riordan: Sidney Jackson: An American in Russia’s Boxing Hall of Fame (Journal of Sport History, Vol 20, No 1.) 

Sidney Jackon: Hoe een kleermaker uit de Bronx strandde in het Rusland van Nicolaas II en de grondlegger werd van de bokssport in de USSR - 1

------------------

Waarom over het leven van Sidney Jackson nog geen film is gemaakt, is mij een raadsel. Een joodse vechtersbaas uit de Bronx strandt tijdens de Eerste Wereldoorlog in het Rusland van Nicolaas II. Hij probeert via het zuiden naar Amerika terug te keren, maar komt niet verder dan Tasjkent. Daar groeit hij uit tot de grondlegger van de boksport in de Sovjetunie, het land dat hij niet meer kan verlaten. Zijn pupillen winnen olympische medailles. Nog ieder jaar leggen boksers bloemen op zijn graf in Tasjkent.

Onlangs schreef ik een stukje over fotograaf Max Penson, vooral bekend door zijn foto’s die hij tussen de twee wereldoorlogen maakte in Oezbekistan. Het bijschrift bij bovenstaande foto intrigeerde me: ‘Team of Uzbekistan boxers. Chief coach S. Jackson on the right.’  

Chiefcoach S. Jackson? Ik vermoedde dat we hier te maken hadden met een Amerikaan. Eerder had ik al gelezen (en geschreven) over Amerikaanse arbeiders en ingenieurs die honkbal in de jonge Sovjetunie introduceerden. Maar die werkten in de pas opgerichte autofabriek van Gorki (nu Nizjni Novgorod). Dit was Oezbekistan. En … boksen?

Sidney Louis Jackson bleek al snel niet de obscure figuur waar ik hem voor hield. Een jaarlijks bokstoernooi in Tasjkent draagt zijn naam, een museum aldaar heeft een aan hem gewijde afdeling en er zijn twee Russische boeken over hem geschreven. Dat verbaast me inmiddels niet meer, want zijn levensverhaal lijkt me vrij uniek.

Sydney Jackson, 1912.

Sidney lijkt in de New Yorkse Bronx op te groeien voor kleermaker. Hij vindt echter zijn weg omhoog als vedergewicht-bokser en maakt deel uit van het Amerikaanse team dat in de zomer van 1914 op tournee is in Groot Brittannië. Tijdens een gevecht in Glasgow breekt hij zijn duim. Vechten zit er voorlopig niet meer in en Jackson besluit met een boksmaatje om dan maar wat meer van Europa te gaan zien. Via Scandinavië reizen ze naar Rusland en via Archangelsk en Sint-Petersburg belanden de twee in augustus in Moskou. Daar lezen ze in een Engelstalige krant dat de Eerste Wereldoorlog is uitgebroken.

Sidney en zijn makker (vermoedelijk Frank Gill, Russische bronnen noemen ook Ernie Flynn) telegraferen naar het Amerikaanse consulaat in de toenmalige hoofdstad Sint-Petersburg om advies. Een week later krijgen ze per brief te horen dat de westelijke route huiswaarts is afgesloten. Probeer via Tasjkent de grens met Afghanistan over te komen, luidt het advies.

Na aankomst in Tasjkent is de eerste gang naar het postkantoor. Nog in Moskou hebben Jackson en Flynn een telegram naar huis gestuurd met het dringende verzoek: stuur geld! Flynn heeft geluk, voor hem is geld overgemaakt en hij kan zijn reis vervolgen. Voor Jackson ligt er niks. Pas twee jaar later ontvangt hij een brief (geen geld) van zijn alleenstaande moeder. Die bleek te zijn verhuisd van New York naar Californië.

Jackson zit vast in een Centraal-Aziatische uithoek, waar – wat hij uiteraard niet weet - de nabije toekomst burgeroorlog en inlijving bij de USSR brengt. De vedergewicht is platzak en heeft weinig keus: hij scharrelt zijn centjes weer bij elkaar als kleermaker. Boksen? Daar hebben ze in Tasjkent nog nooit van gehoord. 

Deel 2.

Gevonden onderwerpen - 7

Gratis af te halen via onderstaande links

-------------------

- In mei en juni 1974 was de Mona Lisa te bewonderen in Moskou. Het liep storm. Link (Russisch).
 

- Oud-voetbalinternational Demy de Zeeuw vertelt over zijn tijd bij Spartak Moskou en over zijn succesvol modebedrijf. Hij verdient daarmee inmiddels meer mee dan de 2 miljoen per jaar indertijd bij Spartak. Link (Russisch).

 

- Wie een paar decennia terug wil in de tijd en ondertussen ook nog een maaltijd wil nuttigen of een feestje vieren: bezoek het Moskouse museum-restaurant, waar je kan verpozen in – naar keuze – in een jaren 60-, 80- of 90-omgeving. Link (Russisch).
 

- De Zweedse topmanager Bo Andersson wordt weggestuurd bij autogigant AvtoVAZ. Hij weigerde zich neer te leggen bij het oude, vertrouwde ‘productie-model’, waarbij de auto’s die de fabriek verlaten niet meer zijn dan een bijproduct van de belangrijkste activiteit: toeëigening van middelen (zeg maar; diefstal) door toeleveringsbedrijven en andere structuren, die als parasieten aan het bedrijf geplakt zitten. Link (Russisch). 
 

- Het onderwerp is treurig, maar toch doet het me goed: jeugdige Moskovieten die, tegen de heersende teneur in, bezield bezig zijn om de duistere plekken uit de lokale geschiedenis voor de vergetelheid te behoeden. Meer uitleg over hun activiteiten vindt u hier: link (Russisch). 
  

- In december 1974 voer Stamislav Koerilov mee op een Sovjet-cruiseschip. Er werd in geen enkele haven aangelegd. Op 13 december sprong hij in de Stille Oceaan van boord. Doel: zwemmend de Filipijnen bereiken. Dat lukte, na drie dagen en twee nachten. Link (Russisch).

- Hoe ‘lees’je naar een Russische icoon? Mooi artikel over het perspectief, compositie, de achtergrond, de kleuren en meer. Link (Engels).
 

- En het afscheidsartikel van Rayond van den Boogaard als redacteur van de NRC. Hij legt een angstaanjagend en deprimerend verband tussen de Russische berichtgeving over de kernramp van Tsjernobyl enover  de MH17 en noemt zichzelf vervolgens een Russofoob. Ook ik ben een Russofoob.
Ik hoop dat het artikel voor niet-abonnees van de NRC zonder meer toegankelijk is. Link (Nederlands).

Kunt u zingen, lees dan mee! Hoe Russische liedjes worden verheven tot bijna ware poëzie.

------------------

Pavel Majkov leest Joeri Loza

Het begon een week of twee geleden en al snel liep het storm. Een groepje acteurs riep een YouTube-kanaal in het leven en plaatste daar filmpjes waarin zij teksten van populaire Russische liedjes declameren. Vol overgave geven zij wat in de meeste gevallen het banale niet overstijgt, een aureool van ware poëzie. Het resultaat – oordeelt u hieronder zelf – mag er zijn.

Kijkers werden uitgenodigd om zelf een bijdrage op te sturen, met liedjes naar keuze. Dat, zo bleek al snel, was niet aan dovemansoren gericht! Het kanaal (met de titel: We lezen liedjes) werd overstelpt met ingezonden werk. De vaak prachtige staaltjes volksvlijt geven blijk van veel gevoel voor hartstochtelijk drama en vooral ook humor.  

Voor wat meer uitleg van initiator Roman Michailovski kunt u hier terecht. Bij de filmpjes hieronder heb ik steeds ook het origineel gezet. Ik weet eigenlijk niet wat een leuker effect sorteert: eerst het origineel bekijken en daarna de gelezen versie, of andersom. Probeert u dat zelf even uit.     

De trouwe lezers van dit blog zouden dit laatste liedje moeten herkennen; ik schreef onlangs over de zanger, Joeri Loza, die met enkele opmerkingen over onder meer de Rolling Stones nogal wat over zich afriep.

Een ‘Kowboy Koktail’ aan de Gorkistraat. De verdere avonturen van fotograaf Margaret Bourke-White in het Moskou van 1941.

-------------------

Drie weken geleden wijdde ik een stukje aan de Amerikaanse fotograaf Margaret Bourke-White, die in de vroege jaren dertig als eerste westerling officieel toestemming kreeg om in de USSR foto’s te maken. Ik wilde meteen een tweede stukje over Bourke-White schrijven, over haar verblijf in de Sovjetunie in 1941, toen ze toevallig de enige buitenlandse fotograaf was ten tijde van de Duitse invasie. Ik besloot te wachten tot ik haar volledige reisverslag (Shooting the Russian war, uitgegeven in 1942) in huis had.

Dat was een wijs besluit, want wat een aardig reisverslag is dat! Ik heb er nu veertig pagina’s in gelezen en zou daar al zo drie artikelen over kunnen schrijven.

Na een reis van een maand (onderweg wandelt Bourke-White onder meer op een strand met onze minister-in-ballingschap Van Kleffens en ontmoet ze in China drie vrouwelijke missionarissen uit Nederland die net Rusland hebben verlaten) arriveert ze in Moskou. De stad ziet er beter uit dan bij haar vorige bezoek – er is nu wat ruimte voor mondain vermaak. Ze bezoekt aan de Gorkistraat een cocktailbar. Daar maakte ze bovenstaande foto.

Uit haar uitgebreide bijschrift weten we van wie die handen zijn. Van Olga Alexievna Vakalina, die achter de bar staat en 500 roebel per maand verdient. Olga is bezig met de bereiding van een Kowboy Koktail, “which would frighten into a stampede the cowboys after whom it is named.” Het drankje bestaat uit lagen van verschillende soorten sterke drank, gecombineerd met gin en brandy bovenop, “seperated by the yolk of an egg into something that looks like a rainbow parfait and tastes like everything behind the counter.” Dient in één keer achterover te worden geslagen, omdat anders die dooier problemen geeft.


En in die eerste veertig pagina’s gaat ze ook nog naar een House of Fashion, naar een voetbalwedstrijd en, nou ja,  … en zo verder enzovoorts, maar daar kom ik nu niet aan toe want ik ben even weg.

Vermaakt u zich ondertussen met die Kowboy Koktail, “prepaired in the following sequence:

1. apricot liqueur
2. benedictine
3. egg yolk
4. gin
5. cognac (a special kind, with pepper).”

De flessen staan van links naar rechts in de juiste volgorde op de foto bovenaan. En het is natuurlijk niet zomaar gin, maar Голландский джин / Hollandse gin. Wat een vraag oproept waar ik geen antwoord op heb. 

Wordt vervolgd.