sovjetunie

De chaotische, fascinerende dia-collectie van professor Hammond - de USSR in de jaren 50, 60 en 70

-------------

Oeljanovsk (1975)

De University of Viriginia beschikt over een doos met een kleine 3.000 dia’s, gemaakt in de jaren vijftig, zestig en zeventig in de USSR. Ze werden nagelaten door Thomas Hammond (1920-1993), professor geschiedenis en Russische studies. Hammond was een formele man, die altijd keurig gekleed ging en dat ook van zijn studenten verwachtte. In zijn werkkamer was alles wat minder strikt. Een oud-student schrijft:  “The office was stuffed with papers and books, and had that slightly stale, musty smell of not having been aerated in a few months. There were piles of stuff everywhere. No air conditioner.” Het moet haast wel of ook die doos met dia’s heeft in die werkkamer gestaan. Het was in die doos in elk geval net zo rommelig als in die kamer. 

De dia’s bleken ongeordend en slechts zeer summier voorzien van gegevens. Jaartallen ontbraken in veel gevallen en ook wat de locaties betreft was het vaak gissen. De University of Virgina heeft de dia’s gedigitaliseerd. Als ik het goed begrijp, is de complete verzameling enige tijd online beschikbaar geweest, maar de linkjes die op verschillende Russische sites staan, doen het geen van alle meer. Dientengevolge is het sprokkelen geblazen, voor wie Hammonds foto’s wil bekijken. Ze staan verspreid over het net en her en der zijn enthousiaste Russen druk bezig geweest om jaartallen en locaties toe te voegen. Uiteindelijk heb ik er een stuk of honderd geselecteerd. Daar weer een selectie van krijgt u in drie of vier afleveringen op dit blog voorgeschoteld – of misschien zet ik ze er wel allemaal op.

Zagorsk (1964?) 

Een paar opmerkingen nog. Professor Hammond had een goed oog voor wat de moeite van het fotograferen waard was, maar hij was vervolgens in de meeste gevallen weer erg slordig (of gehaast: hij zal vaak onopgemerkt hebben willen blijven). Veel foto’s zijn onscherp of veel te donker. Ook de kwaliteit van de filmrolletjes lijkt nogal te verschillen. Dat is erg jammer, want met iets meer technische zorg en vooral ook aandacht voor compositie had hij menig dia naar een veel hoger plan kunnen tillen. Hoe dan ook, de collectie blijft fascinerend. Over Hammond als persoon en professor kunt u hier en hier meer lezen. En tenslotte, ik heb één grote schifting gemaakt: zijn foto’s uit Centraal-Azië blijven hier buiten beschouwing. Een groot aantal daarvan – misschien zijn ze het wel allemaal – vindt u hier.  

 Belangrijk ook: wat de juistheid van jaartallen en locaties betreft, geef ik geen garanties.    

Jaroslavl (1964). School nummer 70. Op het achterste rode spandoek staat: "Bescherm de vogels het hele jaar."

Dezelfde optocht. Ik weet niet wat dit voor mutsen zijn.

Jaroslavl, oversteek van de Wolga

Een washokje in de rivier de Troebezj, bij Pereslavl-Zalesski. (1964)

Links een medewerkster van de Spoorwegen. Een conductrice? Is haar kledij daarvoor niet te smoezelig?

Een slalomwedstrijd op de Leninheuvels in Moskou (1964). Deze foto steekt er qua scherpte en compositie bovenuit. 

Deelneemsters aan de skiwedstrijd, met op hun borst de stormvogel, het symbool van de sportvereniging Boerevestnik, voor studenten en docenten.

De binnenplaats van het universiteitsgebouw op de Leninheuvels.

Thomas Hammond voor het universiteitsgebouw op de Leninheuvels (op dezelfde dag als de skiwedstrijd?) en op zijn kamer daar.  

1956-1958. Locatie? 

Jaartal? Locatie?

Kiev. Hammond was daar in 1958 en 1972.

Fotografisch gezien zeker geen hoogtepunt, maar wat een fascinerend beeld. Hier, in Kiev, wordt een jongeman met naam en toenaam te kijk gezet. V.L. Pjatigorski blijkt een iets te groot enthousiasme aan te dag te leggen voor Westerse muziek en kledij. Om misverstanden te voorkomen staat zijn geboortejaar erbij (1940) en ook de naam en het adres van zijn werkgever: Gavrjoetsjas (een samentrekking, neem ik aan, van gravure en horloge) aan de Tsjkalovstraat 45. Iemand in Kiev, die kennelijk net zo geïntrigeerd was door deze karikatuur als ik, vond een foto van het bedrijfje. Het gedichtje meldt dat deze "gevoelige jongeling" alleen van import wil weten en voor het label "Made in USA" zijn vader en moeder nog zou verkopen. Hij werkte hier op de hoek:    

2093838_1000.jpg

Zeg me wie je bent – en je krijgt het Sovjet-beeld dat bij jou past. - 2

----------------

Hier de tweede selectie van Sovjetbeelden, aangedragen door de prachtige site Soviet Visuals. Zij vroegen lezers om één kenmerk van zichzelf te noemen en beloofden daar een beeld (foto, poster, cartoon, filmpje) uit de USSR aan te koppelen. En hoewel lang niet alle ingebrachte kenmerken van zo’n beeld werden voorzien, was het resultaat toch prachtig – en ruim voldoende voor een tweede selectie. (De eerste vindt u hier.)

Het kenmerk dat gehonoreerd werd met bovenstaand beeld, luidde: - When I was younger, I fell over so often, I had a 'dangerous' amount of head xrays. De toelichting van Soviet Visuals: In the Soviet Union of the 50s, music lovers were banned from listening to their favorite Western records, so they printed their own records from old x-rays. (Niet alleen 'in the 50s, voeg ik daaraan toe, ook in the 60s.)
 

- I am 700 miles north of the Arctic Circle.

Pyramiden is an abandoned Soviet mining settlement located far above the Arctic Circle on Norway’s Svalbard archipelago

- I like apples.
 

Moge de Chinees-Sovjet-vriendschap eeuwig leven!

- I learned calculus from the local Soviet cultural center library

2+2 plus het enthousiasme van de arbeiders is 5

- I have a split right big toe nail.

De gezondheid van de mens is een nationale verworvenheid

- I don't drive.

Soviet vision of the future in the 1930's.

---------------

- I like colored hair. 
(Het ensemble hieronder heet Hallo, liedje. Zij brengen voor u: Doe geen belofte!

---------------

- Ik ben een alleenstaande moeder.

Soviet tank vs Czech mothers. Prague, 1968.

Soviet tank vs Czech mothers. Prague, 1968.


- I like to ride bikes.

"Saved money in the savings bank - bought bicycles!"

- I am a child of divorce.

Maak het weer goed! (Op de achtergrond: Rechtbank)

- I am a fan of Marina Ladinyna.

-----------------

 

- I am a catloging librarian at a midwestern public library.

Omsk State library

- I make YouTube videos.

- I pulled a body from a river.

Soviet world champion finswimmer Shavarsh Karapetyan who saved the lives of 20 people in 1976 when he saw a trolleybus plunge into a reservoir

-----------

Ook ik noemde een kenmerk van mijzelf (Johan Cruijff is my all time hero), maar dat werd niet beloond met een beeld. Terwijl ik toch zeker weet dat Johan diverse keren is afgebeeld in Sovjet-sportbladen. Andere aangemelde kenmerken die nog geen beeld hebben gekregen, zijn onder andere:  My grandfather was shot in the leg at Stalingrad so was evacuated back to Germany before the surrender... the only reason I exist... / Jesus often appears in my dreams / I have two different colored eyes / I work weekends playing guitar in a Johnny Cash tribute / I almost joined the Communist Party of Australia in my youth. But changed my mind.

En ter afronding onderstaand beeld, van iemand die een foto inbracht van zichzelf als drager van een Sovjetbeeld. Dat is natuurlijk niet volgens de spelregels, maar wij vinden haar gebaar zo sympathiek, dat we die foto hier toch afbeelden.

- I have a Soviet Union space design tattoo.

Van Boney M. tot Gagarin, klassieke beelden uit de USSR, alle van één man: Joeri Abramotsjkin (1936-2018)

---------------

Boney M. (1978)

Ik heb niet goed opgelet vorige week. Ik zag her en der wel een paar van onderstaande foto’s voorbijkomen, maar keek verder niet naar de bijschriften. Vandaag deed ik dat bij een wat grotere verzameling oude Sovjet-beelden wel en las dat de maker ervan was overleden, de maker dus ook van die foto’s van vorige week: Joeri Abramotsjkin.

Joeri Gagarin, Sotsji (1961)

De Politburo-leden wachten tot ze het mausoleum op kunnen (1980)

Moskou, 9 mei 1999

Plotseling zijn nu een boel klassieke foto’s uit de afgelopen vijftig jaar voor mij samengevoegd onder één noemer. Boney M. op het Rode plein, Joeri Gagarin met zijn zonnebril op een bankje, Brezjnev tussen de jonge pioniertjes … allemaal dus van de hand van Abramotsjkin. Ook die van Boney M.! Altijd gedacht – in mijn lichte vooringenomenheid – dat die gemaakt moest zijn door een Westerse fotograaf. Maar nee hoor, dat vrolijke tafereel, uit 1978: Abramotsjkin.

Joeri Abramotsjkin, geboren in 1936, was jurist. Tijdens zijn rechtenstudie bezocht hij ook de Moskouse School voor fotojournalistiek van de Journalistenbond. Dat laatste beviel hem beter. Zijn eerste reportage maakte hij tijdens het Moskouse Jeugdfestival van 1957, vier jaar later werd hij fotocorrespondent van persbureau Novosti. Weer enkele jaren later trad hij toe tot de Kremlin-pool en kreeg hij met zijn camera toegang tot de groten der aarde. Daarnaast bleef hij oog houden voor alles wat hem ontingde op straat. “Je moet ‘intuïtie voor het moment’ hebben”, zei hij, gevraagd naar zijn geheim. “Je moet het zien aankomen.”

Joeri Abramotsjkin overleed op 5 april.

1972.jpeg
dezedus.jpg

Valentina Teresjkova, Vrouwencongres Moskou (1963)

2000

-------------------

Joeri Abramotsjkin (1936-2018)

Lenin en zoete Hollandse meisjes - de geschiedenis van de USSR aan de hand van snoeppapiertjes - 2

-------------------

Hadden de beeltenissen en taferelen op de snoepwikkeltjes uit de vroege USSR in deel 1 steeds betrekking op binnenlandse personen en gebeurtenissen, hier komt ook het buitenland aan bod. Hierboven zien we de Amerikaanse filmacteur Douglas Fairbank sr. Het betreffende snoepje stamt vermoedelijk uit het midden van de jaren twintig. Amerikaanse films vormden in die tijd bijna de helft van het aanbod in de Sovjetcinema’s en Fairbank was één van de bekendste acteurs. Was er een serie snoepjes met filmsterren, al dan niet uit de VS? Of werd dit ene snoepje geproduceerd ter ere van het bezoek dat Fairbank in 1926 (samen met Mary Pickford) aan Moskou bracht? Ik weet het niet.
 

Het linkersnoepje heet – het zal er niet minder om gesmaakt hebben – ultimatum. Ook dit plaats ik in de jaren twintig. Het keiharde statement zal vermoedelijk te maken hebben gehad met de nota van mei 1923 van de Britse minister Curzon (ook wel ‘Curzon’s ultimatum’ genoemd) aan de USSR, dat in de ogen van de Engelsen een toontje lager diende te zingen in Perzië en Afghanistan.  

Het wikkel rechts mag er ook zijn. Proletariërs aller landen verenigt u, staat er in het Russisch, en verder laat het niks aan duidelijkheid te wensen over. Het snoepje heet, bijna ten overvloede, internationale. 

Link zoetigheid voor de export. Maar waar ging het snoepje stratosphere dan naartoe? Misschien was het speciaal bestemd voor de Wereldtentoonstelling in Parijs van 1937. De trotse tekeningetjes van de parachutes die met een soort capsules afdalen uit de ‘stratosphere’ passen goed bij zo’n evenement. En het levensmiddelenconglomeraat Mosselprom (zie het papiertje) werd in 1937 opgeheven, dus dat zou nog net kunnen. De rechtervariant was duidelijk voor binnenlands gebruik. 

--------------

Bij de snoepjesproductie in de jonge Sovjetunie sprak Holland duidelijk een woordje mee. Deze vier wikkeltjes laten een Hollands meisje zien, getuige de naam van het snoepje: Gollandotsjka (2 x), Goljandska en Golandotsjka. Het rode rechts komt uit Kiev, het snoepje ernaast is van Zoetwaren Fabriek Rosa Luxemburg in Odessa. Bij het tweede snoepje van links staat geen plaatsnaam vermeld, wel het woordje LOR/ЛОР *). Dat woordje staat in het Russisch voor een keel- neus en oorarts ... Hebben we hier te maken hebben met een al dan niet zoet keeltabletje? Het lijkt me onwaarschijnlijk. ЛОР staat ook voor лагерь особого режима/strafkamp met bijzonder regime, maar dat zal hier toch ook niet bedoeld zijn. (Wie weet waar ЛОР in dit geval naar verwijst, laat het me weten.)

Het snoepje links komt gewoon uit Moskou. Verder valt op dat het om twee keer twee dezelfde afbeeldingen gaat en dat het meisje in geen van de vier gevallen klompen draagt.   
     

------------------

Opvallend vind ik deze twee snoepjes. Niks geen stichtelijke afbeelding of enigerlei propaganda, maar gewoon een aardig design. Ik vermoed dat de ontwerper er met plezier aan heeft gewerkt. Het snoepje met de paarden heet derby en is een product van de Moskouse snoepfabrek Rode Oktober. Het rechtersnoepje heet Gabi en is van de fabriek Rode Invalide in Omsk.

---------------

Er is een serie snoepjes genaamd Jonge Pionier, waar jongelui zich overgeven aan allerlei gezonde fysieke inspanningen. Ze werden ook gemaakt door Rode Oktober. Die fabriek maakte deel uit van het hierboven al genoemde Mosselprom. Dat bedrijf deed voor vormgeving en reclame regelmatig een beroep op kunstenaars en dichters. Zo zijn er snoepjes met rijmpjes van Vladimir Majakovski op de wikkels. De regels op deze sportieve snoepjes lijken me niet van hem, daar zijn ze te simpel voor:’Sport in de open lucht is de basis voor gezondheid’ en ‘Overleg en handigheid winnen’.

--------------------

Tot slot nog een snoepje van de fabriek Rode Oktober uit de serie federatieve, waar diverse volken van de jonge USSR bij werden afgebeeld. Hier zien we een Tstjetsjeen, maar daar gaat het nu even niet om. Veel boeiender zijn de twee namen die op het wikkel staan: ‘Rode Oktober, voorheen Einem’ en (in het kleine regeltje onderaan) ‘Mehnert’. Over beide namen meer in een van mijn volgende stukjes, waarbij ik het verband zal blootleggen tussen de snoepjesfabriek Rode Oktober in Moskou en het haringexportbedrijf van mijn vader in Vlaardingen.

*) Zie de commentaren. Lor blijkt de naam van een fabrikant in zoetigheden te zijn. 

Deel 1.

Lenin en zoete Hollandse meisjes - de geschiedenis van de USSR aan de hand van snoeppapiertjes - 1

Lenin en zoete Hollandse meisjes - de geschiedenis van de USSR aan de hand van snoeppapiertjes - 1

Het moet mogelijk zijn: een geschiedschrijving van de vooroorlogse Sovjetunie aan de hand van snoeppapiertjes. De collectivisatie van het platteland, de mechanisatie van de landbouw, de industrialisatie, de pioniertjes, de Komsomol, de politieke leiders, de buitenlandse betrekkingen – het komt allemaal voorbij op de wikkeltjes die menig kinderhand haastig zal hebben verwijderd.

Ik stuitte op een groot aantal snoeppapiertjes en maakte een selectie. Ik heb ze gegroepeerd rond een paar thema’s. Lastig was, dat jaartallen ontbraken, waardoor de chronologie niet altijd zal kloppen. In elk geval lijken me de eerste snoepjes hieronder de oudste. De papiertjes zijn kleine propaganda-postertjes, met een politieke en educatieve boodschap.   

Read More

Jessica Gorters documentaire Red Soul: hoe Stalin de Russische samenleving in tweeën splijt

--------------------

Elizaveta Delibasj. Haar beide ouders kregen de kogel.

-----------------

Twee zussen op leeftijd staan langs een zomers-stoffige weg in Severodvinsk, een stad aan de Noordelijke IJszee, niet ver van Archangelsk. Ze kijken naar het langsrijdende verkeer. Zo’n zeventig jaar geleden stonden ze op dezelfde plek en keken ze naar de gevangenen die hier elke dag langskwamen, op weg naar hun werk. De zussen hoopten een glimp op te vangen van hun moeder, van wie ze vermoedden dat die zich tussen de gevangenen bevond. Ze hebben haar daar nooit gezien. Hun moeder kwam uiteindelijk wel weer thuis, nadat ze onder Stalin tien jaar onschuldig achter prikkeldraad had doorgebracht.

Het zomerse tafereel in Severodvinsk is een scène uit Red Soul, de documentaire van Jessica Gorter die dit weekeinde op het IDFA in Amsterdam in première ging. Gorter maakte zes jaar geleden veel indruk met haar film 900 dagen, over het beleg van Leningrad. Ze won er in 2011 op IDFA de prijs mee voor de beste Nederlandse inzending.

Centraal in de film staat Stalin, of beter gezegd: het beeld dat Russen, jong en oud, vandaag de dag hebben van de man die in het Westen gezien wordt als één van de grootste schurken van de vorige eeuw. Hoe kan het dat Stalin in Rusland de afgelopen jaren zo’n enorme comeback heeft gemaakt en inmiddels door velen wordt gezien als de grootste held uit de geschiedenis van Rusland en de Sovjetunie? Nadat hij toch in de jaren tachtig, toen veel archieven opengingen en het land overspoeld werd met lang verzwegen feiten en details over de in zijn naam verrichte gruweldaden, voorgoed leek te zijn weggezet als schurk?

In haar zoektocht naar een antwoord volgt Gorter een eenvoudig procedé. Afwisselend laat ze, zonder commentaar te geven, verdedigers van Stalin en nabestaanden van slachtoffers aan het woord. Ze volgt de nabestaanden (zoals de twee zussen in Severodvinsk) naar de plekken waar familieleden gevangen zaten, zijn geëxecuteerd of begraven liggen. Dat levert indringende beelden op. Van de moeder bijvoorbeeld die beide ouders verloor en nu met haar dochter door het bos loopt waar gevangenen in massagraven belandden. Op de bomen zijn bordjes met foto’s en namen aangebracht, als wrang surrogaat voor een echt graf. Op de terugreis in de trein voeren ze een moeizaam gesprek met twee jonge coupé-genoten. De ontzetting is bij de moeder van het gezicht te scheppen, wanneer ze beseft zij haar beeld van Stalin nooit zal kunnen overbrengen op die twee intelligent ogende jongeren tegenover haar.
 


Die enorme kloof tussen voor- en tegenstanders, tussen bewieroking en afkeer, loopt als een rode draad door de film. De Stalin-aanhanger die het meest aan het woord komt, is een man van midden veertig die zijn zoon aan drugs ten onder heeft zien gaan. Hij legt de schuld daarvan niet bij zichzelf, maar bij de chaos die de ‘democratie’ na het uiteenvallen van de USSR over Rusland heeft uitgestort. Zijn oude vader haalt er een tweede, bij Russen ook vaak te horen thema bij: de teloorgang van en de heimwee naar het Sovjet-rijk. In mijn tijd kon je nog eens een beetje rondkijken in de wereld, legt hij uit: “Wij hadden de Baltische republieken.” Het zijn vooral die twee factoren – de chaos van de jaren negentig en de hang naar het geïmplodeerde rijk – die de populariteit van Stalin voeden.

En tussen dat alles door komt in Red Soul een historicus uit Sint-Petersburg aan het woord die tegen de stroom in zijn best blijft doen om de Stalin-terreur vast te leggen in documenten. Hij vormt het cement van de film en zijn werk zou het cement moeten zijn voor het ingewikkelde bouwwerk dat geschiedschrijving heet. Veel geld is er niet voor beschikbaar, getuige zijn nogal armzalige werkplek. Het is opvallend hoe de man zijn kalmte bewaard, wanneer hij tegenover nogal verhitte Stalin-adepten komt te staan. Wie weet lukt het vasthoudende historici zoals hij om de kloof in de Russische samenleving, waar het de recente geschiedenis betreft, enigszins te overbruggen. Red Soul – en dat is de belangrijkste verdienste van de film – laat messcherp zien dat de vooruitzichten daarop niet erg hoopgevend zijn.
 

‘Liefde is aardappelen’ – de kleine Sovjet-mens in een houten huis. Een adembenemende film van Aliona van der Horst.

----------------

Aliona met haar tante Liza

Aliona met haar tante Liza

Waar te beginnen, nadat je de film Liefde is aardappelen van Aliona van der Horst hebt gezien … Ga ernaartoe, neem iemand mee en drink na afloop een stevige borrel.

Van der Horst, een Amsterdamse met een Russische moeder en een Nederlandse vader, reist af naar het dorpje onder Moskou waar haar moeder samen met vijf zussen opgroeide. Er moet een erfenis worden verdeeld: geen geld of dure spullen, maar het oude, houten huis, waar Aliona’s grootmoeder haar zes dochters moest zien groot te brengen – onder Stalin, tijdens de oorlog en tijdens de zeer zware jaren daarna, met als extra kwelling een drinkende man die wat haar betreft wel had mogen doodvriezen.

Als er voor iemand in Rusland een standbeeld moet worden opgericht – de woorden zijn van Marius Broekmeyer – dan voor de Russische plattelandsvrouw in de jaren veertig en vijftig. Van der Horst heeft met Liefde is aardappelen – laat u niet misleiden door de wat frivole titel – een standbeeld opgericht.

Aliona's grootmoeder

Het begint luchtig genoeg. Aliona en een neef en nicht zijn tussen een hoop troep op zoek naar een papiertje. Je denkt: anders kan die erfenis niet geregeld worden. Maar nee, het is een bonnetje van het klooster. Dat moet gevonden worden, anders wordt er daar niet gebeden voor de zielerust van de net overleden tante Ljoeba – één van de zussen van Aliona’s moeder.

Maar dan gaat Aliona echt op zoek. Hoe was het leven van haar moeder en vijf tantes? Daar in dat huis waar zij nu een zesde deel van erft? In de jaren dertig, veertig, vijftig van de vorige eeuw, toen terreur, oorlog en honger een zwaar stempel drukten op ieder individu, tegen een achtergrond van oorverdovende propaganda over de richting stralende toekomst opmarcherende massa? En is er een antwoord op de vraag waarom Aliona’s moeder uit de Sovjetunie vertrok? Was het uit liefde? Was het een vlucht?

De zes zussen. Aliona's moeder Zoja in het midden.

Voorzichtig schrapend probeert Van der Horst een beeld te krijgen. Diep graven kan niet, er liggen, zo wordt al snel duidelijk, te veel beschadigde zielen onder de oppervlakte. Een belangrijke bron zijn brieven die Aliona’s moeder stuurde uit Nederland aan haar zus Ljoeba, en haar memoires. Over de tijd toen vrouwen in de graanvelden van honger stierven. Toen de mannen naar het front waren. Hoe hun moeder - vooral zij verdient het standbeeld - op de kolchoz door de brigadier naar het werk werd gestuurd, terwijl haar zoontje van zes maanden op sterven lag. Hoe hun moeder zelfmoord overwoog, want in het weeshuis zou er voor de kinderen tenminste te eten zijn. En overal en altijd weer die angst – arrestatie en kamp waren nooit ver weg.

De enige met wie Van der Horst nog kan praten, is tante Liza van 90. Die houdt voor de camera blijmoedig vol dat het leven normaal was, dat er eigenlijk niks ergs gebeurde en dat Stalin nou eenmaal al dat graan nodig had voor het leger. Een andere tante, aan de telefoon, weigert te praten. “Aliona, ga nou geen dingen uit me trekken. Je spreekt wel Russisch, maar je bent toch buitenlander. Iemand met een volle maag begrijpt de hongerige niet.” Zoals ook Aliona’s moeder Zoja schreef in een brief aan zus Ljoeba: “Onze kinderen, ze begrijpen niet wat wij hebben meegemaakt.”

Aliona graaft voorzichtig en liefdevol, bijna op de tast, in het besef dat ze, ondanks de familieband, een buitenstaander is. De angst die de generatie van haar moeder heeft beschadigd, kent ze (opgegroeid in Nederland) niet. Is in Rusland die angst doorgegeven? Ljoeba’s dochter Tanja (Aliona’s nicht): “Ik leef er nog elke dag mee. Het gevoel dat je in dit land niemand bent.” Aan het einde van de film streelt Tanja de buitenkant van het houten huis, in tranen.    

En Zoja, Aliona’s moeder? Zij was de jaren voor haar dood grotendeels verlamd en kon niet meer praten. Ze had vroeger een woede in zich die haar dochter af en toe over zich heen kreeg. Een oude buurvrouw vertelt dat Zoja altijd een aparte was. “Alsof ze uit een andere familie kwam. Zoja haatte haar vader, vanwege die drank. Voor hem is ze gevlucht. Wanneer ze op bezoek kwam, logeerde ze ook nooit meer in het huis.”

Aliona stuit op een doos met schoenen. En op nog een doos, en nóg een, en nóg een. Ze spreidt de schoenen uit op de vloer – een enorme hoeveelheid, versleten, afgetrapt, onbruikbaar. De zussen konden ze niet weggooien. Ze kónden het niet.          

 

De film is vanaf 12 oktober te zien in de bioscoop.