(Eerste publicatie: 10-1-2011)
Ik doe de buitendeur open en sta midden in een gevarenzone, afgezet met rood lint. Het dooit een paar graden en in Sint-Petersburg betekent dat: vallende ijsbrokken! Vandaag is ons huizenblok aan de beurt. De brokken worden losgebikt, het trottoir is met linten afgezet. Ik zie het bericht in de krant al voor me: “We hadden net dat brok los, doet die meneer de deur open. Ja, dat konden wij ook niet weten.”
Ik buig me onder het lint door en een lieftallig meisje van ongeveer zestien kijkt me drie seconden verliefd aan. Dat is op mijn leeftijd behoorlijk lang. Ze vraagt of ik bier voor haar wil kopen.
Sint-Petersburg en dooi is een verschrikkelijke combinatie. Ik schuifel over spekgladde trottoirs met waterijs, Russen schieten me aan alle kanten voorbij (die zijn geoefend) en ik besluit vandaag maar eens een giftig stukje te schrijven. Over hoe je in Rusland boeken koopt.
In mijn rugzakje heb ik het Lijstje van Nemzer: boeken uit 2010 die me bijna alle ontgaan waren, maar die volgens criticus Andrej Nemzer de moeite waard zijn. Ik vertrouw op dat lijstje, want Nemzer noemt onder meer Лада, или Радость van Тимура Кибирова. Dát heb ik gelezen en ik vond het geweldig. Dan zal die Nemzer er wel verstand van hebben.
Het grote filiaal van boekwinkel Bukvojed aan de Nevski prospekt. Drie verdiepingen. Ik mijd dat soort supermarkten liever, maar ik heb weinig tijd en ik wil die boeken hebben. Proza: derde verdieping. Ik beland tussen schappen waar ik maar één systeem kan ontdekken: drie planken met Viktor Pelevin en verder alles door elkaar. Het meisje van de boekwinkel: “Klopt, er zit geen systeem in. Daarom werken wij hier, om de klanten de boeken te wijzen.” Met drie titels van het Lijstje van Nemzer wil ik de boekwinkel verlaten, maar dat gaat natuurlijk zo maar niet.
Het alarm gaat af.
Een alleraardigste man controleert of de titels op mijn bonnetje overeenstemmen met de boeken in mijn plastic tasje. Alles klopt, één van de boeken gaat nog een keertje over de ‘demagnetisator’. De inhoud van mijn rugzakje interesseert de man niet, wat ik sympathiek vind.
De volgende boekwinkel zit aan de Litejni prospekt (vlakbij het Achmatova museum, de naam schiet me niet te binnen). De verkoopsters, vier in totaal – ja, het is een heel kleine winkel – gedragen zich geheel in overeenstemming met de opmerking van het meisje van Bukvojed: de boeken staan er keurig op alfabet, een feilloos systeem en de vier verkoopsters voeren dus geen flikker uit. Ik geloof niet dat ze mijn aanwezigheid hebben opgemerkt. Ondanks het perfecte systeem vind ik niets van het Lijstje van Nemzer. Op naar Dom Knigi.
Dom Knigi, het bekendste boekenhuis van Sint-Petersburg, mijd ik liever ook. Net zo’n pakhuis als Bukvojed. Belangrijkste verschil: hier klinkt pianomuziek, bij Bukvojed moet je hard praten om boven The Police uit te komen. Verder hebben we hier te maken met een mengeling van de vorige twee systemen: de boeken staan op alfabet, maar dat wil niet zeggen dat je ze ook kunt vinden. Daar hebben ze bij Dom Knigi een eigen zoeksysteem voor. Dan geef je de titel op aan een meisje, dat de titel intikt op een scherm en vervolgens op een plank afloopt waar jij net ook een kwartier hebt gestaan. Ze schuift de eerste rij boeken weg, legt een tweede rij bloot en overhandigt me routineus het gewenste boek.
Het aardige is nu: als je thuiskomt, met toch wel wat titels van het Lijstje van Nemzer in je tas, dan is de voldoening veel groter dan die ooit in Nederland zal zijn. Je hebt het systeem een beetje verslagen.
Het ijs was inmiddels weggebikt en mijn gastvrouw had bier gekocht. Nee, ze had het niet koud gezet, want koud bier drinken in de winter, daar word je verkouden van.