(Eerste publicatie: 11-9-10)
“Wij doen hier in Sint-Petersburg eigenlijk wat de Russische voetbalbond in heel het land zou moeten doen We geven de voetbalcultuur een impuls en proberen de jeugd te pakken”. Henk van Stee is Hoofd jeugdopleiding van FC Zenit. Ik ontmoet hem tijdens een wedstrijd van een van de jeugdelftallen naast het Petrovski stadion in het centrum van de stad en een paar dagen later in een verre buitenwijk op de voetbalschool zelf.
Zijn kantoor kijkt uit op wat een hopeloze bouwput lijkt in een moeras, maar Van Stee kan zijn enthousiasme nauwelijks onderdrukken: “Let maar op, volgend jaar speelt het tweede elftal hier zijn wedstrijden!”
FC Zenit, koploper in Rusland, heeft torenhoge ambities. De recente successen (titel en UEFA Cup onder de Dick Advocaat, de huidige bondscoach van Rusland) worden door sponsor Gazprom gezien als tussenstation. Zenit moet een stabiele Europese topclub worden. Een gedegen jeugdopleiding is dan een must. Van Stee, die vergelijkbaar werk deed bij het Oekraïense Sjachtar Donetsk, werd een jaar geleden aangetrokken om die opleiding gestalte te geven.
“Er was totaal geen aandacht voor kinderen onder dertien jaar. Dat was één van de grootste problemen. We hebben verspreid over de stad twintig satellietclubjes opgezet. Dat zijn geen verenigingen zoals in Nederland, maar er ligt kunstgras en alle kinderen uit de buurt kunnen er komen trainen. En twee keer per jaar hebben we hier op de Academy selectiedagen, daar is ook iedereen welkom.” Vandaag is er zelfs een jochie gekomen uit Petrozavodsk, 450 km verderop.
De selectiedagen vinden plaats in een enorme ‘opblaashal’. “Dat was zo’n beetje het enige wat er een jaar geleden was”, vertelt Van Stee buiten, als we naar de versgelegde kunstgrasvelden lopen. Een lang en hoog plankier behoedt je hier in voor- en najaar voor een moddertocht. Voor ons uit loopt een team in donkerblauwe trainingsjacks met Gazprom op de rug. “Kijk, die hebben nu allemaal dezelfde outfit, dat was vorig jaar heel anders”.
“Ik voel me hier als een vis in het water. Ik hou me met van alles bezig. De trainersstaf, de structuur van de opleiding, de aanleg van het complex. Hier moet een internaat komen”, wijst Van Stee op een paar plassen. “De tekeningen zijn al klaar”.
Op een van de velden speelt een jeugdteam van de Academy tegen een elftal met jongens die allemaal een jaar ouder en een kop groter zijn. Het mag niet té makkelijk gaan. Toch wordt de tegenstander simpel vastgezet op eigen helft en loopt Zenit uit naar een ruime voorsprong. De trainer tiert er af en toe flink op los, maar gevloekt wordt er niet, wat langs een Russisch voetbalveld zeer opmerkelijk is. “Dat heb ik meteen uitgebannen”, zegt Van Stee. Er hangt een bordje bij het veld dat ook de ouders tot kalmte maant.
Van Stee moet zichzelf ook af en toe inhouden: “Het gaat me soms te langzaam. Dat internaat, daar hadden ze allang mee kunnen beginnen. Dan moet ik uitkijken dat ik niet met m’n vuist op tafel sla. Je moet niet meteen teveel willen. Dan krijg je lastige vragen: waarom het allemaal zoveel moet kosten.”