Witte bruiden. Hoe ik in Jaroslavl op weg ging naar het Museum voor Beeldende Kunst en daar nooit ben aangekomen. Deel 4.

(Eerste publicatie: 14-11-2011)

De vrouw droeg het konijn in een mandje met een roze strik. Het was mooi zwart-wit gevlekt en – naar konijnenmaatstaven – een flink beest, kortom: een prachtexemplaar. Bent u uw konijn aan het uitlaten?, vroeg ik (de drank had mijn gevoel voor humor geen kwaad gedaan).

Nee, antwoordde ze, ik word met mijn konijn besteld voor bruiloften.

Het bleek – je leert elke dag wat bij – dat een konijn op een bruiloft geluk brengt. Kent u Lange Pier nog, uit de serie Floris? Die had een konijnepootje om z’n nek hangen. Dat is uit hetzelfde genre.

Ik liep maar weer eens verder, langs de regenachtige Wolga (prachtige luchten!), en ik kwam bij de Kathedraal van de Maria-Tenhemelopneming. Was het bij het Museum van Muziek en Tijd al druk met bruidsparen, hier waren we in het epicentrum van trouwend Jaroslavl beland. Een tsunami van wit-golvende bruidsjurken! Mocht u vrijgezel zijn en daar genoeg van hebben, kom toch vooral naar Jaroslavl. Ga ergens op een plein staan en het kan niet anders: binnen een kwartier bent ook u uit de vijver gevist.

Ik zag een bruidspaar dat twee witte duiven losliet. Toen kwamen er nog vier witte duiven uit een doos, maar die bleven gewoon in het gras zitten. Dat was voor een mooie foto, en nadat de fotograaf zijn werk had gedaan, en de duiven ook, werden de beestjes weer in de doos gestopt. Ik liep op de man van de duiven af en wilde vragen: zijn ze gekortwiekt? Maar ik wist zo gauw niet wat kortwieken was in het Russisch. Toen vroeg ik maar gewoon waarom ze niet wegvlogen. Het zijn pauwen, was het antwoord. Volgens mij klopte dat niet, maar ik liet het maar zo. (Ik heb het thuis opgezocht, we hebben hier te maken met de pauwstaartduif. Of die van nature niet vliegen of dat die vier inderdaad gekortwiekt moeten zijn geweest, daar heb ik verder niet naar gekeken. Ik schrijf over Rusland, niet over duiven.)

Afijn, ik heb daar nog een uurtje staan fotograferen en toen hield ik het maar voor gezien die dag. Het Museum voor Beeldende Kunst heb ik gelaten voor wat het was en ook de volgende dag kwam dat er niet meer van. Ik moest alle straatnaambordjes in de Tsjechovstraat nog fotograferen en wilde ook nog naar een voetbalwedstrijd. Over die beide zaken later meer. 

Hier deel 1, deel 2 en deel 3.