(Eerste publicatie: 12-10-2012)
Het graf van Aleksandr Solzjenitsyn op de Oude Begraafplaats van het Donskoj klooster. Had ik zelf die bladeren neergelegd, ik had het niet beter gekund. Het was tussen buien door en op de foto, precies onder Solzjenitsyns rechteroog, zat een regendruppel die dienstdeed als traan. Ik wees er vier vrouwen op die langskwamen. Ze reageerden niet. De volgende avond was ik bij de Moskouse vertoning van Jessica Gorters documentaire ‘900 Days’. Aan het einde zei de vrouw naast me: ‘Was u gisteren niet op het kerkhof? U wees ons op die traan.’
Bij de uitgang van het Donskoj klooster. Er werd net een pantservoertuig op een vrachtwagen getakeld en deze twee heren keken toe. Ik weet niet wat voor uniform ze dragen. Heeft iets met kozakken van doen, denk ik. Ze hebben misschien ik weet niet wat voor verdiensten voor het vaderland, maar op het eerste gezicht neem ik ze niet serieus. Thuis pas zag ik die twee vingers van de linker in de zij van de rechter.
Links een vriendelijk kerkje van Oudgelovigen op het plein voor het Bjeloroesski station. Het staat er een beetje weggedrukt, in de schaduw van drukke gebouwen en veel verkeer, en biedt onvoldoende tegenwicht tegen zondige gedachten.
De binnenplaats van het Museum voor Moderne Kunst (Petrovka 25) staat vol lelijke beelden. Vader en zoon hadden er geen oog voor, zij waren bezig met witte paarden en zwarte torens. Natuurlijk droeg zoonlief een muts, een ongeschreven wet in Rusland, want het was 15 graden en herfst.
Hier deel 1.