persoonlijk

De kleine, grote stem van Okoedzjava – dichter, bard, inspirator van slavisten.

 

“Je kan niet tegelijkertijd het communisme bouwen en liedjes van Okoedzjava zingen.” Deze moooie zin kwam ik tegen in het boek Красные бокалы. Булат Окуджава и другие (Rode bokalen. Boelat Okoedzjava en anderen) van de door mij zeer gewaardeerde Benedikt Sarnov.

Eerder schreef ik al dat Okoedzjava een apart plekje heeft in mijn slavistenhart. Naar zijn liedjes luisterden we, midden jaren zeventig, in onze dappere pogingen om onze Russische woordenschat uit te breiden. Naar dit liedje bijvoorbeeld, Verbond van vrienden (ook bekend als Oud studentenlied):

Hoeveel van de tekst verstond ik indertijd, in 1975-1976? Vijf procent? Tien procent? En hoeveel van de tekst begreep ik? Laat ik me even beperken tot deze regels:

Пока безумный наш султан / Cулит нам дальнюю дорогу 
(Variant: Сулит дорогу нам к острогу)
Terwijl onze dwaze sultan / Ons een verre weg voorspelt
(Ons een weg naar de gevangenis voorspelt)

Sarnov schrijft in zijn boek over de achtergrond van dit lied. Het was de tijd, in de jaren zestig, van de toenemende repressie onder partijleider Brezjnev. De overheid trad op tegen dissidenten, wat protesten opriep, waartegen weer harder werd opgetreden, wat nieuwe protesten uitlokte, enzovoort. Nadat Brezjnev tijdens een toespraak iets vaags had gezegd over de protesten, deed al snel het gerucht de ronde dat de ondertekenaars van protestbrieven verbannen zouden worden uit Moskou. Terwijl onze dwaze sultan ons een verre weg voorspelt…  

Van dat alles had ik geen idee. Ik wilde gewoon nieuwe woordjes leren.

De eerste zin van dit stukje, over het communisme en de liedjes van Okoedzjava, sloeg niet eens zo zeer op regels als die over de dwaze sultan. Het werk van Oekadzjava straalde een individuele ‘kleinheid’ uit, die niet goed verenigbaar was met de massale ‘grootsheid’ van het communisme. Zijn liedjes (over een rit in de laatste trolleybus, over een meisje dat haar ballon verliest) gingen niet over een volk dat achter rode banieren eensgezind opmarcheerde richting lichtende toekomst. Okoedzjava’s stem was de stem van de enkeling, die sprak uit zichzelf en over zichzelf. “Een vrouw huilt, haar man is naar een ander gegaan”, dat was heel wat anders dan “Wij kennen geen obstakels, niet ter zee en niet ter land!” De breekbaarheid van Okoedzjava’s teksten werd onmiddellijk herkend en maakte hem populair en – bij de overheid – verdacht.

De moeizame verhouding van Okoedzjava met de overheid, de strubbelingen in zijn privé-leven, het komt aan bod bij Sarnov, die hecht met hem bevriend was. Graag had ik nog veel meer over de dichter-zanger gelezen, over de achtergrond van zijn poëzie, over alles wat er speelde in Moskou terwijl ik op een tochtige kamer in Utrecht Russische zinnetjes zat te spellen. Maar Sarnovs boek heet Okoedzjava en de anderen

Die anderen zijn vooral de dissidenten, de kring waar Okoedzjava (en Sarnov) tegen wil en dank ook deel van uitmaakten, zonder tot de harde kern (de Boekovksi’s, de Sacharovs, de Solzjenitsyns) te behoren. De onverzettelijkheid waarmee sommigen hun stem verhieven, wekt nog altijd bewondering. Maar toch stemt dit deel van Sarnovs boek niet vrolijk. Wat weer eens duidelijk wordt, is dat die dissidenten niet alleen streden tegen de KGB, maar  ook tegen elkaar. En wat nog minder vrolijk stemt: Sarnov, die zulke mooie, gedragen literair-historische boeken op zijn naam heeft staan, heeft die onderlinge strijd tientallen jaren later nog steeds niet opgegeven. Zijn Okoedzjava en de anderen bevat afrekeningen met Vladimir Maksimov, Marja Sinjavskaja en Marietta Tsjoedakova. Hij zal best gelijk hebben in zijn boosheid, maar het oogt – vanuit Nederland - allemaal zo klein. Jouw handtekening onder een protestbrief, of juist het ontbreken daarvan, kon het einde betekenen van een jarenlange vriendschap en het begin van wederzijdse uitsluiting en verkettering. (Ik probeer equivalenten te bedenken in de Nederlandse polder. Loe de jong die Willem Aantjes aan de schandpaal nagelt, dat komt misschien in de buurt.)

Okoedzjava werd meegezogen in deze strijd. Ook hij werd, al was dat vele jaren later, door menigeen verketterd, toen hij ten tijde van de beschietingen van het parlement in 1993 de ‘verkeerde’ kant koos. Dat moet hem bijzonder veel pijn gedaan hebben. Dat kan niet anders, bij iemand die – jaren daarvoor – het gedicht en lied De laatste trolleybus schreef.

… Я с ними не раз уходил от беды, 
я к ним прикасался плечами… 
Как много, представьте себе, доброты 
в молчанье, 
в молчанье…   

 Ik heb mijn Russische woordjes niet voor niks geleerd.

Последний троллейбус

Когда мне невмочь пересилить беду, 
когда подступает отчаянье, 
я в синий троллейбус сажусь на ходу, 
в последний, 
в случайный. 

Последний троллейбус, по улице мчи, 
верши по бульварам круженье, 
чтоб всех подобрать, потерпевших в ночи 
крушенье, 
крушенье. 

Последний троллейбус, мне дверь отвори! 
Я знаю, как в зябкую полночь 
твои пассажиры — матросы твои  
приходят 
на помощь. 

Я с ними не раз уходил от беды, 
я к ним прикасался плечами… 
Как много, представьте себе, доброты 
в молчанье, 
в молчанье. 

Последний троллейбус плывет по Москве, 
Москва, как река, затухает, 
и боль, что скворчонком стучала в виске, 
стихает, 
стихает.

Okoedzjava, Vasja Oblomov en waarom ik jaloers ben op de studenten Russisch van tegenwoordig

-------------

Vasja Oblomov

Af en toe ben ik knap jaloers op de studenten Russisch van tegenwoordig. Het is voor hen zo simpel om echt, levend Russisch te horen!

Nee, dan wij, vroeger. Liep je door Amsterdam en hoorde je iemand Russisch praten, dan ging je er stiekem even naast lopen, de oren gespitst. Native speakers, ze waren er niet of nauwelijks. 

Ja, we hadden natuurlijk onze officiële conversatielessen. Daar kreeg je ook prima Russisch te horen, maar daar ontbrak iets: сочность, sappigheid, de straattaal. Ontdekte je een keer een wat kleurrijker Russisch woord, dan sloeg je dat op als een kleine trofee.

Muziek! Je woordenschat uitbreiden door naar liedjes te luisteren – zeer effectief. Maar ook hier gold: wat we konden vinden, was steeds zo braaf. Boelat Okoedzjava, prachtig hoor. Ik heb die ene elpee nog liggen. Мне в моем метро никогда не тесно ... en Пока земля еще вертится … Zulke zinnen verdwijnen al laatste uit mijn geheugen, maar om nou te zeggen dat ze handig waren in het dagelijks gebruik? Dat je er iemand aan een Russische keukentafel eens even stevig mee van repliek kon dienen? 

Nee, dan de studenten van tegenwoordig. Zo’n lied als hieronder, ik had er een moord voor gedaan. Nou ja, ik heb de Sovjetunie nog volop meegemaakt. Dáár kunnen die studenten van nu dan weer jaloers op zijn.

 Het lied is geschreven en wordt gezongen door Vasja Oblomov. Een klein beetje achtergrond: Jakoenin is de baas van de Spoorwegen, een vertrouweling van president Poetin. Een jaar geleden verscheen er een persbericht dat hij was ontslagen, maar dat bericht werd snel weer ingetrokken. Het lied is van vorige zomer, toen er druk werd gespeculeerd over een gigantisch buitenhuis in de buurt van Moskou. Was dat nou van Jakoenin of niet? 


Я хочу, чтобы Путин сел в поезд / Минуя бомжей и вокзал.
Ik wil dat Poetin op de trein stapt / Langs de zwervers en door het station

Купейное нижнее место / Заблаговременно взял.
Dat hij op tijd zijn plek inneemt / Tweede klas, onderste bank

Хочу, чтобы он был голодный / И чтобы хотелось пить,
Ik wil dat hij honger heeft / En wat wil drinken

Хочу, чтоб наивно рассчитывал / В дороге продуктов купить.
Ik wil dat hij naïef gedacht had / Dat hij onderweg wel etenswaar kon kopen

Хочу, чтоб курили в вагоне / И чтоб был закрыт туалет,
Ik wil dat er in de wagon gerookt wordt / En dat de toilet op slot zit

Чтоб белье постирали вроде – / А на самом же деле нет.
En dat het beddengoed min of meer gewassen is / Maar eigenlijk niet

И чтобы воняло куревом / Воняло на весь вагон,
En dat er een sigarettenwalm hangt / Hangt in heel de wagon

Чтоб Путин стоял у сортира / И ждал, что откроется он
En dat Poetin bij de plee staat / Te wachten tot ‘ie opengaat

И не было чтоб ресторана-вагона в поезде том,
En dat die trein geen restauratiewagon heeft

Чтоб Путин, узнав, удивился / И чтобы вдруг сел «айфон».
Dat Poetin dat ontdekt en verbaasd is / En dat zijn iPhone het plots niet meer doet

Хочу, чтобы было душно / И окна закрыты в купе.
Ik wil dat het benauwd is / En de ramen van de coupé dicht zitten

Чтоб Путину было грустно / Ехать в таком дерьме.
Dat Poetin er triest van wordt / Te reizen in zo’n teringzooi 

Хочу чтобы за окном поезда / Были косые дома,
Ik wil dat buiten het treinraam / Scheve huizen staan

Стояли подростки с пивом / Мелькнула разок тюрьма,
Dat er tieners staan met bier / Dat er even een gevangenis voorbijkomt

На станциях – нефть в цистернах… / Чтоб, скрючившись, словно дед,
Путин мечтал о продуктах / Которых в продаже нет.

Dat op de stations tankwagons staan met olie ... / En dat Poetin, krom als een oude man,
Droomt van etenswaren / Die er niet te koop zijn

Чтоб предлагали цыгане / Купить по-дешевке планшет.
Dat zigeuners hem / Een goedkope tas willen aansmeren

Чтобы хотелось к Якунину / На дачу, которой нет.
Dat hij naar Jakoenin wil / Naar de datsja die niet bestaat

Хочу, чтобы думал Путин / Что в поезде едет зря
Ik wil dat Poetin zou denken / Dat hij niet met de trein had moeten gaan

Что лучше бы вместо этого / С друзьями поел глухаря.
Dat hij beter met vrienden / Auerhoen had kunnen gaan eten

Хочу чтобы дрались по-пьяни / В четвертом купе дембеля,
Dat er een dronkemansgevecht uitbreekt / In coupé vier van een afgezwaaide soldaat

И чтоб ожидал Володя / Помощи от проводника.
En dat Volodja hulp verwacht / Van de conducteur

Хочу, чтобы ждал, волнуясь / Когда же придут менты,
Ik wil dat hij zenuwachtig zit te wachten / Of de smerissen eindelijk komen

Хочу, чтобы не дождался / Хочу, чтоб хотел он воды,
Ik wil dat hij tevergeefs heeft zitten wachten / Dat hij water wil drinken

Хочу, чтобы двери хлопали / Скрипело чтоб сильно в купе
Ik wil dat er de deuren steeds dichtslaan / Dat alles kraakt in zijn coupé

Хочу, чтобы плохо спалось ему / Потел чтобы путин во сне
Ik wil dat hij slecht slaapt / Dat Poetin moet zweten in z’n slaap

Чтобы приснился внезапно / Начальник железных дорог
Dat hij plots in zijn dromen / De baas van de spoorwegen ziet

Чтоб кто-то пытался уволить его / И чтобы в итоге не смог.
Dat iemand die probeerde te ontslaan / Maar dat hem dat uiteindelijk niet lukte

Начальник ЖД, улыбаясь / Во сне чтобы Путину пел
Dat de baas van de spoorwegen / Poetin in zijn dromen glimlachend toezingt

О том, как усердно работал / И как все невзгоды терпел.
Over hoe hard hij wel werkt / En over alle tegenslag die hij heeft

Но кто добивался отставки? / Кто же вмешался вдруг?
Maar wie wilde zijn ontslag? / Wie bemoeide zich er plotseling mee?

Может быть, это хакеры? / А может быть, близкий друг?
Waren het misschien hackers? / Of misschien een naaste vriend?

А может быть, это Америка / Сирийский припомнив вопрос?
Of was het misschien Amerika? / Dat ons de Syrische kwestie weer inprentte?

А может быть, «Почта России»? / Упоротый «единорос»?
Of misschien ‘PTT Rusland’? / Een geflipte ‘Jedinoros’?

А может, какой-то министр / Пытался поуправлять?
Of probeerde ergens een minister / De boel even te sturen?

В общем, чтоб эта история мутная / Мешала Путину спать
Kortom, dat heel die duistere geschiedenis / Poetin uit zijn slaap houdt

Хочу чтобы утром включилось / Как бы само собой
Радио страшных песен  / И чтоб вновь продолжился бой.

Ik wil dat ’s ochtends de Radio van / verschrikkelijke liedjes
Als vanzelf weer aangaat / En dat het gevecht weer verdergaat 

Хочу, чтоб хотел по большому / Чтобы хотел – и не мог
Ik wil dat hij een grote boodschap moet / Moet – maar niet kan

Потому что в сортире открыто / Но кто-то сломал замок.
Omdat de plee open is / Maar dat iemand het slot heeft gemold

Хочу, чтоб считал минуты / Когда же приедет уже
Нефирменный поезд на станцию.

Ik wil dat hij de minuten aftelt / Tot de economy-class-trein
Nou eindelijk eens aankomt op het station

Хочу чтобы внеглеже / Ходил по вагону ребенок
Вдыхая вонючий смрад / Ходил чтоб и всем улыбался,
И был даже Путину рад

Ik wil dat door de wagon / een kind in een pyjamaatje loopt
De stinkende walmen inademt / En naar iedereen lacht
En zelfs blij is met Poetin

Хочу, чтобы ехал Путин / В поезде том по стране.
Ik wil dat Poetin met die trein / Door het land reist

Хочу чтобы думал Путин / В каком он едет говне.
Ik wil dat Poetin nadenkt / Over de strontzooi waar hij doorheen rijdt 

Hoe KRO’s Hans van Willigenburg Lev Stepanov uit Leningrad hielp bij het opsporen van zijn Nederlandse vrienden.

06.jpg

Op een vroege morgen in september 1989 zat ik in de radiostudio van de KRO aan de Emmastraat in Hilversum tegenover Hans van Willigenburg. Hij presenteerde Adres onbekend, zeg maar: de radiovariant van Spoorloos. Namens Lev en Nelli Stepanov uit Leningrad, was ik op zoek naar … ja, naar wie eigenlijk?

Ik werkte in die tijd al bij de NOS en daar was een Russische brief bezorgd. Wist ik daar misschien raad mee? De brief bevatte het aandoenlijke verhaal van Lev Stepanov, die in 1957 tijdens het legendarische Zesde Internationale Jeugdfestival in Moskou samen met zijn zus Nelli een Nederlands stel had leren kennen. Hij zou zo graag nog eens van ze willen horen en of de Nederlandse TV daarbij misschien kon helpen. 

Ik had de brief van Lev meegenomen naar de radiostudio en las er een stukje uit voor: “Ik weet niet waarom, maar toen we in de Tretjakovgalerij waren, vielen ons twee buitenlanders op, een jongeman en een vrouw. Ze kwamen, zo bleek later, uit Nederland. Hoe weet ik niet meer, maar we raakten aan de praat en brachten de hele dag met ons vieren door. We bezichtigden Moskou vanuit het raam van een taxi, we stopten vaak om foto’s te maken, ’s avonds aten we in restaurant Praag en daarna gingen we naar het Kremlin, waar we feestelijk vuurwerk aanschouwden en dansten. Die dag is ons ons hele leven bijgebleven. Een jaar later kregen we een uitnodiging voor de bruiloft van Armin Fokkema en Sjarla Lagedjoeka … “

05.jpg

Lev schreef dat hij beide namen uit zijn herinnering reproduceerde en ik vermoedde dat we op zoek moesten naar Herman Fokkema en Charla/Sjarla Lagendijk … Hans van Willigenburg deed een oproep aan de luisteraars: kent u Herman Fokkema of Charla Lagendijk die in 1957 in Moskou waren op het Jeugdfestival, belt u dan alstublieft! En er werd gebeld, al heel snel. Een mevrouw vertelde dat ze een Armien Fokkema kende die ooit had gewoond aan de Charloisse Lagedijk in Rotterdam …

De broer van Armien belde ook nog en binnen tien minuten had Hans van Willigenburg Armien Fokkema aan de lijn, aan de andere kant van de wereld. En hij vroeg:

- Wilt u even zeggen wie u bent?

- Ik ben Armien Visser. En wij wonen nu in Malang, in Indonesië.

- Wij hebben het sterke vermoeden dat u de Armiene Fokkinga bent die ..

- Fokkema.

- Fokkema, ja, die in 1957 op een internationaal jeugdfestival in Rusland was.

- Ja, dat klopt.

Armien vertelde dat ze in 1959 inderdaad nog een uitnodiging naar Lev en Nelli had gestuurd voor de bruiloft met haar toenmalige reisgenoot (vandaar haar ‘nieuwe’ achternaam Visser). Maar, zoals Lev ook schreef in zijn brief, een reis naar het Westen was in die tijd volledig uitgesloten.

Ik schreef Lev en Nelli dat hun Nederlandse vrienden waren gevonden. Een paar maanden later bracht ik ze een cassette met de uitzending. De zomer daarop vond de hereniging plaats met hun Nederlandse vrienden op het stationnetje van Bilthoven.

Ik moest aan het verhaal van Lev en Nelli denken toen ik weer eens op de foto’s stuitte die de Zwitser Leonard Giannada op het Moskouse festival maakte. Bij een complete Russische generatie staan die twee weken in juli/augusuts 1957, de eerste keer dat de poorten in het IJzeren Gordijn voor even waren opengezet, in het geheugen gegrift. (De jonge clown op een van de foto's is Oleg Popov.)