(Eerste publicatie: 5-5-2013)
Aleksej Motorov heeft met Юные годы медбрата Паровозова (De jonge jaren van verpleger Parovozov) een snaar geraakt. Tot de klassieken van de Russische literatuur zal het boek niet gaan behoren, maar dat het bij de literaire prijs NOS-2012 de meeste publieksstemmen kreeg, verbaast me niet. (De jury kende de prijs uiteindelijk toe aan Знаки внимания van Lev Roebinsjtein.)
Joenye gody … lijkt aanvankelijk niet meer dan een verzameling vaardig geschreven schetsen over een Moskous ziekenhuis in het midden van de jaren tachtig. Verpleger Parovozov werkt er op de intensive care. Gaandeweg wordt het beeld echter breder. Wat Motorov beschrijft is een verdwenen land en vooral: een verdwenen manier van leven, dat iedereen die de USSR bewust heeft meegemaakt zich nog zo goed herinnert en dat zo onschuldig aandoet vergeleken bij de realiteit van vandaag. Zo beschrijft Motorov de kleine trucjes die het personeel van de attracties in het Gorki Park uithaalt om een centje bij te verdienen. Vergelijk dat eens met de corruptie die het leven in het Rusland van nu zo zwaar vergiftigt. Joenye gody ... verwoordt de nostalgie naar de alledaagse USSR. Enige vorm van heimwee naar het grote Sovjet-rijk is Motorov daarbij gelukkig vreemd.
De dagelijkse gang van zaken in het ziekenhuis, de talrijke types die voorbijkomen, de patiënten, het hoofd van de afdeling – het wordt allemaal levendig beschreven. Zuster Tamara bijvoorbeeld, geboren in Abchazië en niet op haar mondje gevallen:
– Ну что, колхоз, все женихов ждем? – с нескрываемой насмешкой произносила она, когда, по своему обыкновению, девушки из общежитий заводили свою бесконечную тоску о том, кто женился, кто развелся, кого поматросили и бросили, кто и на такой вариант согласен, а кто и всякую надежду потерял.
Toch zijn het vooral de talrijke doorkijkjes op het leven buiten het ziekenhuis die Joenye gody … boeiend maken. Hoe je aan de vooravond van de perestrojka met wat handigheid en blat kon rondkomen van 150 roebel, hoe er jacht werd gemaakt op defitsit en je in de rij stond (“Кто в винный не стоял, тот жизни не знает.”). Een klein detail: terloops noemt Motorov de legendarische voetbalwedstrijd USSR-België (3-4) op het WK in Mexico. En natuurlijk moest ik meteen denken aan de Belgische commentator Rick de Saedeleer: “Een SS-20!” (De Rus die die SS-20 in het Belgische doel schoot, was Igor Belanov.)
Aleksej Motorov schreef zijn boek min of meer bij toeval. Via de site Odnoklasniki (een mengeling van Facebook en Schoolbank) kwam hij oude bekenden op het spoor, hij deelde met hen herinneringen en schreef ze op. Hij liet ze rondgaan in zijn kennissenkring en via-via belandden ze bij uitgeverij Corpus, waar men verder weinig tijd verspilde. Er ligt een tweede verzameling herinneringen klaar, zo’n driehonderd pagina’s over de pionierskampen uit zijn jeugd. In een interview met Bolsjoj Gorod zegt Motorov over zijn schrijverschap: “Als er een tweede boek verschijnt (met pioniersherinneringen), zou dat mooi zijn. Maar ik denk niet dat ik zo’n schrijver kan zijn die zijn eigen verzonnen wereld schept, die de personages in interessante situaties plaatst en observeert.”
(Motorov schrijft in zijn boek over de moord op een bekende Russische schaatser. Daarover gaat mijn volgende stukje.)