(Eerste publicatie: 3-9-2012)
Opeens was daar een mailtje uit Boston. Schrijfster Elena Katishonok had mijn stukjes op dit weblog over haar boeken gelezen, ze zou binnenkort in Amsterdam zijn en nodigde me uit voor een kopje koffie. Dat werd bier met bitterballen in het VOC-café in de Schreierstoren.
Katishinok emigreerde in 1991 uit Letland naar de Verenigde Staten. Aanvankelijk bleven haar schrijfactiviteiten beperkt tot gedichten, pas veel later begon ze aan haar roman Er leefden eens een oude man en een oude vrouw. Ze had een kort verhaal in haar hoofd, maar dat liep gelukkig helemaal uit de hand. Het resultaat: twee prachtboeken over Riga in de twintigste eeuw, en dan vooral over de Russischtalige inwoners van de stad. (Mijn stukjes daarover staan hier en hier, over Elena’s derde roman schreef ik hier.)
De stap van poëzie naar proza was groot. “Ik wist gewoon niet hoe ik proza moest schrijven”, vertelt Elena. “Het is moeilijker dan poëzie. Bij een gedicht word je meegevoerd door het ritme. En ik had ook zó veel gelezen. Dat verlamde me. Ik was bang dat ik alleen maar rotzooi zou kunnen schrijven. Maar er komt een moment dat je ophoudt bang te zijn.”
Pas toen de kinderen het huis uit waren, kreeg het proza de ruimte. Het moest iets worden over een kommoenalka en hoe die woonvorm mensen beschadigt. “Ik had geen kant-en-klaar verhaal in mijn hoofd. Wanneer ik ga schrijven, weet ik niet precies wat er gaat komen of hoe het eindigt. Het mocht in elk geval niet alleen míjn stem worden.” Het werd uiteindelijk geen boek over een kommoenalka, maar een familiekroniek in twee delen met inderdaad vele stemmen. Waren er prototypen? “Ja en nee. Ik kan niet zeggen dat mijn personages in het echt precies zo waren. Ik wilde méér vertellen. Maar het komt wel uit mijn stad Riga, uit mijn wijk, uit mijn milieu”.
In mijn stukje over het tweede deel van de familiekroniek (Tegen de wijzers van de klok in) schreef ik over een van de personages: “Op de laatste pagina’s werd mijn vermoeden bewaarheid: Lelka is Elena Katishonok. Of laat ik het voorzichtiger zeggen: Elena heeft Irina goed gekend”. Ik ben blij dat ik met die tweede zin toen nog een slag om de arm heb gehouden, want ik zat er helemaal naast. Er komt in beide delen geen enkel familielid van Elena voor, laat staan dat zij zichzelf zou hebben opgevoerd.
Mijn lichte gêne over mijn onjuiste veronderstelling probeer ik te maskeren door nog maar een bitterbal te nemen. Dat blijkt helemaal niet nodig, Elena is zeer ingenomen met mijn verkeerde conclusie: “Dat betekent dat het personage en het boek zijn gelukt”.
Van Er leefden eens … is in Rusland inmiddels een vierde druk verschenen. Zijn er ook vertalingen in de maak? Katishonok: “In Duitsland is een voorlopig contract gesloten. Daar wordt nu gezocht naar vertalers, ook buiten Duitsland. Daar wilden ze twee jaar de tijd voor krijgen. Dat vond ik te veel. We zijn het eens geworden over tien maanden.”
(Ik kwam nog een gefilmd interview met Elena Katishonok tegen van november vorig jaar. Ik krijg het niet op dit blog geplaatst, u komt er via deze link. De interviewster is bepaald geen Adriaan van Dis, maar nou ja.)