Stalins commerciële pr-actie: iconen voor machines

——————

Iconenverkoop door Antikvariat (1936)

Je zou er niet direct een verband tussen zien, maar dat is er wel degelijk: tussen de industrialisatie van de Sovjetunie en de totstandkoming van een internationale markt voor iconen. Simpel gezegd zat dat zo: in de jaren dertig van de vorige eeuw had de USSR dringend behoefte aan harde valuta om de door Stalin onverbiddelijk in gang gezette opbouw van de industrie te financieren. Tegelijkertijd, en dat kwam mooi uit, beschikte de jonge staat over een grote hoeveelheid iconen, buitgemaakt in de strijd tegen de kerk. Als die nu eens verkocht konden worden aan buitenlandse verzamelaars en musea? Een fijn plan, maar er was een probleem: Russische iconen waren in het Westen nauwelijks bekend als kunst, er was geen markt voor, er waren maar een paar verzamelaars. Dat waren vooral diplomaten en ondernemers, die vanwege hun werk in Rusland kwamen en daar op markten en in winkels iconen kochten uit de bezittingen van door de revolutie geruïneerde Russen. Dat zette geen zoden aan de dijk.

De communisten, vijanden van winstbejag, besloten tot een grootse pr-onderneming. Talloze iconen uit kerken, kloosters en privé-bezit waren beland in de depots van musea. Die kregen, tot schrik van de curatoren (die de culturele waarde van de religieuze objecten onderkenden) de opdracht om hun belangrijkste iconen in te leveren. Die moesten op tournee door Europa en de Verenigde Staten. Dat zou de aandacht trekken van die vermaledijde kapitalisten met geld te veel.

De tocht in de jaren dertig van de iconen langs Westerse musea wordt gedetailleerd beschreven in het boek Небесная голубизна ангельских одежд (Het hemelse blauw van engelenkledij) van historica Jelena Osokina. De echte topstukken maakten de reis niet mee. Die waren door curatoren van onder meer het Historisch Museum in Moskou in een soort kat-en-muisspel uit de  grijpgrage vingers gehouden van de op harde valuta beluste overheid. Osokina’s beschrijving van het getouwtrek tussen de musea en Antikvariat (de instelling die was opgericht om de export van kunstwerken te organiseren) is boeiend en beklemmend. Niet elke curator bracht het er levend vanaf, een enkeling verloor zijn verstand.

De tournee door het Westen was niet bedoeld om de iconen ter plekke te verkopen. Alle kunstwerken keerden dan ook terug naar Rusland, al was dat in de meeste gevallen niet naar de musea die ze hadden moeten afstaan. Toch had de omvangrijke pr-actie het beoogde effect: in het Westen werden de iconen inderdaad ontdekt als begerenswaardige kunstobjecten. Commercieel gezien vielen de resultaten echter tegen. Door de crisis die het Westen na de beurskrach van 1929 in zijn greep hield, hadden veel potentiële kopers wel wat anders aan hun hoofd dan de aanschaf van Russische iconen. Waar de Hermitage in Sint-Petersburg wel al tal van topschilderijen was kwijtgeraakt, bleef een massale uitverkoop van topstukken uit de Russische iconencollectie uit.

Akte van overdracht van iconen uit het Centraal Historisch Museum aan Antikvariat (1936)

Maar de interesse in het Westen was gewekt, al was die bij lange na niet zo groot en gretig als men in Moskou had gehoopt. Osokina, als sociaal-economisch historica verbonden aan de University of South Carolina, volgt in haar boek de route die talloze iconen (vooral ook na de jaren dertig) aflegden, van de depots in Rusland naar musea en particuliere verzamelingen in vooral Zweden en de Verenigde Staten. Haar speurtocht, aan de hand van inventarislijsten, afgiftebewijzen, catalogi en ‘notities’ achter op de iconen, is net als die iconen zelf monnikenwerk geweest. Haar gedetailleerde verslagen eisen af en toe wat geduld van de lezer, maar haar detectivewerk dwingt respect af. En passant rekent ze genadeloos af met de claims van Vladimir Teterjatnikov, een wild om zich heen slaande ‘kenner’, die in een in 1981 in New York verschenen boek veel geëxporteerde iconen als vals ‘ontmaskerde’. De iconenmarkt in het Westen, die in de jaren dertig dankzij de commerciële activiteiten van Sovjets gestalte kreeg, heeft tot op heden last van Teterjatnikovs claims.